Ook Wilfried Brookhuis kwam niet helemaal fit uit het strijdgewoel in De Kuip. De doelman had last van zijn knie, wat tijdens de wedstrijd duidelijk te merken was als hij de bal uitgetrapt had. In de tweede helft verscheen de doelman dan ook met een bandage rond de gekwetste knie, maar de blessure is voor NEC gelukkig niet van dien aard dat hij zaterdag verstek zou moeten laten gaan in het duel tegen MVV.
Tegen de verwachting in groeide Brookhuis niet uit tot de beste man van het veld, simpelweg omdat Feyenoord te onregelmatig echt gevaarlijk voor het doel van NEC verscheen. Brookhuis: “De meeste hinder ondervond ik nog van de wind. Dat was niet normaal meer. In die kuip draait de wind alle kanten op. Zo had je ‘m tegen, het volgende moment weer in de rug en dan kwam ‘ie weer van de zijkant. Niet te geloven gewoon, als die bal naar beneden kwam, stuiterde die vijf meter verder dan je normaal gesproken zou mogen verwachten.”
Langs zag het er naar uit dat NEC de 0-0 zou kunnen vasthouden en Brookhuis voor de tweede keer in deze competitie niet zou hoeven buigen, maar Eriksen gooide uiteindelijk toch roet in het eten. Voor Brookhuis betekende het de elfde tegentreffer in totaal vijf wedstijden.
Brookhuis: “Duut kwam plotseling alleen op me af. Ik dwong hem in een bepaalde hoek te schieten door op zijn eerste beweging te wachten. Daarna ging alles heel snel. Ik kreeg de bal niet onder controle, waarna Eriksen alsnog kon inschieten. Ik kon er niet meer bij, ook al omdat ik nog werd vastgehouden, door Duut die zogenaamd over me heen gevallen was en niet meer omhoog kon komen.”