Snel, atletisch en met een goed oog voor de bal. Dat zijn de eigenschappen die de 28-jarige Maarten Atmodikoro worden toegedicht. Hij is een belangrijke aanwinst voor NEC en inmiddels voelt hij zich prima thuis in de selectie. Dat kan ook bijna niet anders, want hij trof er vele oude bekenden en vrienden aan. Maarten stelt zich voor.
Hij oogt ontspannen als hij op de oude bank zit die het trainingscentrum in Molenhoek siert. Het ding heeft duidelijk zijn beste tijd gehad, maar dat deert Maarten niet. De bank functioneert nog prima en dat NEC zich nog even moet behelpen wat trainingsfaciliteiten betreft laat hem koud. Molenhoek is nu eenmaal geen Milanello. Het belangrijkste voor Atmodikoro is dat hij weer aan voetballen toekomt, want dat zag er even heel somber uit bij NAC. Hij leek door de nieuwe trainer Zwamborn voorgoed verbannen naar een plaatsje op de reservebank. Bij NEC kan hij rekenen op een plaats in de selectie.
Snel geregeld
De transfer ging snel in zijn werk. Het was geen geheim dat Atmodikoro het niet naar zijn zin had bij NAC. De Bredase ploeg was niet alleen gedegradeerd, maar Maarten kwam onder de nieuwe trainer bovendien op de bank terecht en dat was voor een speler van zijn kwaliteiten moeilijk te verkroppen, “Op een maandag hoorde ik van de technisch directeur van NAC dat NEC belangstelling had. Er werd een afspraak gemaakt met Leen Looyen en hij vroeg me of ik zin had in een transfer.
Hij wilde zich ervan overtuigen dat ik voor 100% in zou willen zetten. Daarna kwamen de zakelijke aspecten aan bod. Daar waren we snel uit en ook de clubs hadden snel een deal gesloten. Voor NAC was het belangrijk mij te laten gaan, want aan het eind van dit seizoen loopt mijn contract af.” Maarten had ook een gesprek met de trainer: “Ik kende Jimmy Calderwood niet persoonlijk, maar ik had van collega’s die met hem hebben gewerkt goede dingen gehoord. Hij wilde me graag hebben, omdat ik overal in de verdediging inzetbaar ben. Ik ben opgeleid als middenvelder, maar ik speel tegenwoordig vaak rechtsback. Ik ben voor de rest van dit seizoen door NEC gehuurd. De technische staf en het bestuur hebben beloofd dat ik snel zal horen of ze ook na dit seizoen met mij verder willen.”
Maarten kende NEC als ploeg eigenlijk niet echt. “Ik weet dat wij het altijd moeilijk vonden om tegen NEC te spelen, want het was voor ons een lastige tegenstander Ik denk dat dat nog steeds zo is. Wij kunnen het zeker thuis elke tegenstander moeilijk maken,”
De eerste echte werkdag in Nijmegen was een dag vol kennismakingen, “Ik kende al een stel jongens, zoals Marciano Schulz, Michael Renfurm van zijn Sparta-tijd, Pothuizen van Dordrecht en Adsilon en Bart Latuheru van Rotterdam, Daar zien we elkaar regelmatig, omdat we eigenlijk dezelfde vriendenkring hebben. Die kennismaking verliep dan ook zeer soepel.” Maarten heeft een goed gevoel bij de NEC-groep:”De sfeer is er uitstekend, dat viel me meteen al op. Het zijn spontane jongens die me goed hebben opgevangen. De selectie van NAC bestond ook uit goede spelers, maar we vormden daar geen hecht team. Je ziet aan de resultaten die NAC momenteel behaalt dat ze het lek nog niet boven water hebben.”
Wat verwacht Maarten van zijn NEC-tijd? “We moeten eerst zorgen dat we punten gaan pakken, De selectie draagt genoeg kwaliteit in zich om opnieuw in het linkerrijtje te eindigen. Dat moet ons doel zijn. Dat verdienen de supporters.” Maarten voelt zich op zijn gemak. Hij blijft in Rotterdam wonen en kan elke dag op en neer rijden met Bart of Adsilon.”Voor mij is het nu belangrijk om veel wedstrijden te spelen en ritme op te doen. Dan komt de rest vanzelf.”
Verschenen in NEC MAGAZINE, oktober 1999