“Arbiter geen vat op duel”

“Scheidsrechter De Schepper had geen vat op de wedstrijd en liet zich ophitsen door het publiek. Hij voelde de wedstrijd totaal niet aan.”
“Hij moest mij blijkbaar hebben. Eerst had ik op correcte wijze de bal afgepakt, en toen floot hij tegen mij. Ik trapte de bal weg en kreeg geel. Daarna ging ik achter een haalbare terugspeelbal op de doelman af. Volgens mij raakte ik de keeper niet eens. Ik maakte een correcte sliding.”

Danny Hoekman, de uit het veld gestuurde NEC-linksbuiten, stond voor een voldongen feit. Eerst geel en daarna rood. Hij mag overmorgen nog meespelen tegen Helmond Sport maar een dag later zal hij geschorst worden. In ieder geval mist hij dan het treffen tegen RKC, de club van trainer Leen Looyen, komende zaterdagavond.

Stom
Over de rode kaart die de lange Graafschap-verdediger Hans Loovens ten deel viel, viel minder te redetwisten. De lezing van Loovens: “Een NEC-spelers sloeg, of maakte een slaande beweging naar Trentelman. Het was geloof ik Aalbers. Nou, die gaf ik een knietje. Een stomme reactie natuurlijk en ik kreeg terecht de rode kaart. Maar een volgende keer doe ik het weer.”
Die laatste opmerking van Loovens viel bij Graafschap-trainer Popovics in het verkeerde keelgat. Popovics: Loovens speelde voor eigen rechter. Een dergelijke handelwijze keur ik natuurlijk af. Loovens hoeft bij mij niet te proberen zoiets te herhalen. Wat mij betreft was dit de laatste keer. In de rust heb ik de spelers gezegd, dat wanneer zoiets weer zou gebeuren, ik de betrokkene onmiddelijk zou wisselen voor een ander.”

Popovics betreurde de hele gang van zaken: “Voetbal is een mannensport, maar op deze manier wordt het publiek van de tribunes gejaagd. Dit is spotten met de voetbalsport. Twee ploegen ontspoorden, het is niet anders. Van de scheidsrechter kreeg ik eerlijk gezegd geen hoogte. Hij begont tolerant, en daarna sloeg hij door naar de andere kant. Al met al heb ik een bittere smaak in mijn mond overgehouden aan deze wedstrijd.”

NEC-trainer Pim van de Meent stelde: “Al die toestanden werkten in ons nadeel. Wij waren naar Doetinchem gekomen om te voetballen, niet om te schoppen. Er is van de kant van de trainers geen extra prikkel op de spelers overgebracht, dacht ik. Ik leg mij bij de beslissing over het uitdelen van die rode kaarten neer. Ik zeg alleen: Wwie begon er met schoppen?”

Popovics weer: “Misschien dat de trainersovergang Popovics naar NEC een rol heeft gespeeld, het is moeilijk te peilen. Van de Meent riep nog in de eerste helft naar mij: :”Waar zijn jullie mee bezig’. Toch hoop ik voor Pim dat hij met NEC de vierde periodetitel pakt. Wat ik echter niet begrijp is die houding van Pim. Hij heeft mij dit sezieon al vijf keer gebeld, voor informatie over tegenstanders.
Dan is de wedstrijd afgelopen, en worden er geen handen geschud, loopt hij langs mij heen.

Ik hoop dat hij nog een prachtige nieuwe club krijgt, maar die houding kan ik niet plaatsen. Misschien ben ik wel te emotioneel.”