Dennis: ‘Toen ik in het krachthonk zat en de andere spelers een zware krachttraining te wachten stond, heb ik met een glimlach naar hun staan zwaaien. Later wilden ze me terugpakken door me in het zwembad te gooien. Ik heb er alles aan gedaan om dat te voorkomen, met tien man lukte het nog niet om me het water in te krijgen. Voor mezelf had ik op een gegeven moment besloten dat áls ik ging, er ook een ander mee moest. Dat gebeurde dus ook. Ik heb Ax mee het water in gesleurd. Omdat ik stevig aan zijn jack trok, had-ie het flink benauwd.’
‘Nu zit het trainingskamp erop en zijn we weer terug in Nederland. Hoewel ik nog niet topfit ben en we op onze enige vrije dag met slecht weer te maken hadden, moet ik spreken van een goede week. We hebben in Turkije goed getraind en goede wedstrijden gespeeld. Met het oog op de tweede competitiehelft is dat prettig, want de verschillen zijn nog steeds klein. Verlies je een paar keer, dan speel je tegen degradatie. Win je een paar keer, dan doe je mee voor Europees voetbal. Het spreekt vanzelf dat we het laatste willen…’
‘Met m’n blessure gaat het redelijk tot goed. Ik krijg alleen last als ik lange sprints moet maken. Tien seconden lang of dertig meter sprinten gaat niet zonder pijn. Bij het korte werk heb ik nergens last van. Het is wat dat betreft een lastige blessure, waarbij je goed naar je lichaam moet luisteren. Als het niet gaat, moet je meteen gas terugnemen. Dat doe ik dus ook. Als we zondag tegen Hertha BSC spelen, wil ik wat wedstrijdritme proberen op te doen…’
Bron: Dennis en Gerard
