Zodra ik er arriveer, weet ik: veel groten der aarde zijn mij hier voorgegaan. De wanden zijn gedecoreerd met gouden platen. Ik word zomaar aangestaard door Dennie Christian, Guus Meeuwis, Mieke en andere vaderlandse coryfeeen, die op losse groeven hun carrieres hebben geschreven.
In de ontvangstruimte hangt zelfs een Bassie en Adriaanklok, kennelijk een relikwie uit de gloriejaren van bet clownsduo, want de twee zien er nog tamelijk fris en ongeschonden uit en dat is toch een tijdje geleden, zou ik zeggen.
Ik ben in studio Sunrise in Drunen, kraamkamer van het levenslied. Vanavond ga ik namelijk een plaatje opnemen: ‘Go NEC’. Het is een initiatief van mijn televisiecollega Jochem van Gelder. Jochem komt uit Beneden Leeuwen en is net als bovengetekende fervent aanhanger van bet rood, zwart en groen. En vanavond zullen wij onze kelen schoor schreeuwen. Jochem en Fons, bet duo Jofo, zogezegd.
Samba-ritme
“Go NEC, Go in de Goffert, we gaan Europa in”, zo luidt de tekst die Jochem in een vlaag van optimisme heeft geschreven. De woorden zijn gevangen in samba-ritme; bet is een mix van blakend zelfvertrouwen en opgepoetst sentiment, want ergens in ‘Go NEC’ klinkt ook het oude strijdlied van de club door, maar nu ingezongen door twee ‘rappers’: ‘Aan de boorden van de Waal, ligt de oude Keizerstad:”Jochem leert me dat bij dat ‘Tappen’ de klemtoon telkens op de laatste lettergreep valt. Hij heeft meer raptalent dan ik, voel ik, maar na enig proefdraaien duikelen onze stemmen in steeds harrnonischer staccato over elkaar heen.
Ik heb in mijn leven al heel wat radio en televisiestudio’s van binnen gezien, maar dit is voor mij een wonderlijk debuut. Het is inbeginsel de bedoeling dat het plaatje ooit in de Goffert zal worden gedraaid, op voorwaarde natuurlijk dat NEC inderdaad aan de poorten van Europa zal rammelen. Dan zullen onze klanken door tienduizend rappers in extatische vervoering worden meegesnikt: “Go NEC, we gaan europa in”.
Ik dacht: zo’n liedje inzingen dat doe je even. Nee dus. Studio Sunrise blijkt een bloedserieus decor van muzikaal professionalisme. Jochem en ik staan als Jut en Jul in NEC-shirtjes achter de microfoons, koptelefoons bedekken de oren.
Achter een brede glazen wand zit Ad Kraamer. Hij bedient het soort van mengpanelen waar de gemiddelde KLM-piloot jaloers op zou zijn: oneindig veel knoppen en schuiven die ons gezang -laag voor laag- moeten zuiveren van valse invloeden.
Take 22
Het wordt een lange avond. Mijn zangervaring blijkt zich toch te beperken tot de doucheruimte, die ik – zeer onder de indruk van mijzelf – steevast vul met melancholieke liederen. Maar nu, met die almaar kritische technici om ons heen – lijk ik ineens alle gevoel voor ritme en klank- kleur te hebben afgelegd: Go NEC, go, go, go, go”. ‘Take’ tweeëntwintig is niet heel veel beter dan ’take’ drie.
Soms begin ik te hallucineren, moet ik ineens denken aan goddelijke talenten als Jacques Herb, Dries Roelvink en Corrie en haar verschrikkelijke Rekes.
Het zweet breekt me uit, ik durf nauwelijks nog op te kijken naar de man achter de mengpanelen die met vermoeide zuchtjes reageert zodra ik struikelend de toonladders bestijg. En ik weet: Nooit zal ik nog smalen om de smartlap.
Als gezegd: Jochem neemt goddank het muzikale voortouw, hij is hier even onbevangen als in ‘Praatjesmakers’, het jeugdprogramma dat hij met schijnbaar argeloze professionaliteit aan elkaar praat.
Even een notitie voor de historici onder ons. We nemen het plaatje op in de week voordat NEC thuis FC Utrecht ontvangt, beslissend duel op weg naar Europese toneel. “We gaan Europa in.” Naarmate de avond vordert, klinkt dat steeds ‘gewoner’, alsof de jongens van Nees alleen nog maar naar ons hoeven te luisteren.
We maken het zelfs zo bont dat we aan het improviseren slaan: tweestemming, een gedurfde solo tussendoor; in ongeremd optimisme pijnigen we de oren van de geluidstechnici.
Maar als we zijn uitgezongen slaat ineens de realiteitszin toe. Wat nou als we Europa niet halen? Is dan deze samenballing van muzikaal talent helemaal voor niets geweest?
Verdwijnt dan zelfs deze potentiele kraker op de mestvalt van illusies? Haastig vervangen we het zinnetje “We gaan Europa in” door het pretentielozer “We gaan er tegenaan”. Zo’n tekst kan hoe dan ook nog jaren mee.
Bron: De Brug