Twee weken terug vierde ik een korte vakantie bij onze oosterburen. Ik kon daar geen krant of tijdschrift openslaan of een columnist lachte mij toe met de mededeling : ?Es geht wieder los, die Bundesliga!? om daarna te vertellen hoe hij zich verveeld had in de weken daarvoor en dat het komend weekend een verlossing was. De zomerstop had maar ongeveer zes weken geduurd, toch zag hij al reikhalzend uit naar die eerste aftrap.
Dergelijke columnisten zijn ongetwijfeld geen NEC-supporter zoals wij. Wij reiken onze halzen helemaal niet zo richting de eerste speeldag. Nee, wij genoten juist van de zomerstop en dan vooral van de periode vóór de oefenduels. We zwolgen in de juni- en julidagen nog van 29 MEI, de bevrijdingsdag, toen onze duurste aankoop uit de geschiedenis iedere cent van zijn investering terugverdiende met die nonchalante sliding. Het feest, de beelden, de foto?s, de herinneringen.
Heel Nijmegen leefde op een wolk tot op de Open Dag. Bij de aftrap tegen Dunfermline Athletic lachte de wereld ons nog toe, een half uurtje later hing de grimmige werkelijkheid als vanouds boven het Goffertpark. Uitzichtloze lange ballen, traag heen-en-weer geschuif achterin, struikelende spitsen en terugrennende middenvelders. Ineens leek die vijfde plaats een verre herinnering, een onmogelijke speling van het lot, een onbegrijpelijk toeval. Europees voetbal? Hier? In de Goffert? Dat kan toch helemaal niet.
Die bal had nooit moeten rollen, het publiek had niet moeten komen. We hadden gewoon tot het einde der tijden in een leunstoel moeten mijmeren hoe het vorig seizoen aan ons voorbijtrok als een een onverwacht verschenen, sympathieke oom, die heerlijk kon koken en de lange, warme avonden gezellig volbabbelde. Maar de oom verdween als een dief in de nacht. Nu begint de zoveelste competitie en moet NEC weer helemaal opnieuw beginnen. Nul punten! Een onwennige spelstijl, een tragische miskoop, langdurige blessures, die knullige eigen goal, een ondergaand talent, de dramatische nederlaag ergens op de Balkan: ik vrees het ergste. Seizoen 2003-04 : van mij hoeft het niet!
Ron Delgado