Voor het eerst beleeft René van Rijswijk een voetbalseizoen waarin hij zich tot nu toe slechts één keer basisspeler mocht noemen. Die ene keer was zaterdag tegen AZ dat NEC met 2-0 klopte. Dat Van Rijswijk een heel duel speelde was te danken aan de blessuregolf die NEC teistert.
Tien dagen geleden, in de slotminuut van het uitduel bij Twente, was er ineens die niet meer verwachte ontlading van vreugde. René van Rijswijk, de man die de afgelopen vier seizoenen werd bedolven onder leuke en minder leuke grappen over zijn scorend vermogen, had zojuist NEC naar 5-2 geschoten. Een eenvoudig doelpunt dat – gemaakt door een andere, willekeurige NEC’er – nauwelijks van waarde zou zijn geweest. Maar nu was vrolijkheid troef in het complete Nijmeegse kamp, inclusief de driehonderd meegereisde supporters. Het was helder: iedereen gunde Van Rijswijk zijn doelpunt. ”Het was mooi om te zien dat zoveel mensen blij voor me waren. Dat deed me goed”, zegt Van Rijswijk. ”Eindelijk had ik weer speelvreugde en het gevoel dat ik als voetballer dit seizoen steeds vaker was verloren: ‘Ik bén er nog’.”
De 33-jarige Van Rijswijk beleefde sinds lange tijd weer eens een hoogtepunt in sportief het meest droevige seizoen uit zijn loopbaan. De cijfers vertellen het relaas: slechts acht duels mocht Van Rijswijk opdraven. Opgeteld komt de NEC’er niet verder dan 211 speelminuten.
”Toen ik dit seizoen een tijdje geblesseerd was, werd ik in de pers op een gegeven moment niet eens meer genoemd in de lijst met geblesseerden. Er werd natuurlijk gedacht: ‘Die Van Rijswijk speelt toch nooit, dus wat maakt het ook uit dat hij geblesseerd is’. Dan weet je als voetballer echt wel in wat voor een positie je je bevindt. Natuurlijk zijn er dit seizoen momenten geweest waarop ik de problemen mee naar huis heb genomen. Ik bevond me toch in een nogal uitzichtloze situatie. Ook als ik er niet over sprak, merkte mijn vriendin thuis echt wel dat ik niet lekker in mijn vel zat. Maar ik wil er absoluut geen huilverhaal van maken. Ik maak nu ook niemand meer een verwijt. Al betekent dat niet dat ik het eens ben met de kritiek en met het feit dat ik zo weinig speeltijd krijg. Ik heb dit seizoen verschillende keren met de trainer gesproken. Dat waren duidelijke gesprekken waarin we allebei onze visie gaven. Maar natuurlijk bestaan er geen oefenmeesters die na zo’n onderhoud ineens bij zichzelf denken: ‘Verrek, René zou inderdaad wat meer moeten spelen’. De trainer heeft zijn besluit me niet op te stellen voor zichzelf allang goed overwogen.”
Nog voor het eind van de maand krijgt Van Rijswijk, samen met menig ander lid van de NEC-selectie, te horen dat zijn aflopende contract niet zal worden verlengd. Vijf jaren NEC roepen bij Van Rijswijk, zoals hij zegt, ‘wisselende gevoelens’ op.
”Het waren seizoenen vol ups and downs. Al zal uiteindelijk toch het gevoel overheersen dat de supporters en de mensen binnen de club me het beste gunnen. Hoe ik bij NEC over een paar jaar wil worden herinnerd? Ik heb eerlijk gezegd geen idee. Zo’n oordeel laat ik graag aan anderen over. Hopelijk toch overwegend positief.”
Van Rijswijk heeft nog geen idee waar hij komend seizoen speelt. Dankzij zijn doelpunt tegen Twente was voor even weer de aandacht op zijn persoon gericht. Misschien helpt het zijn zoektocht naar een nieuwe werkgever. ”In de spelersgroep wordt wel eens gevraagd: ‘En René, heb je al wat nieuws gevonden?’ Het antwood is nog altijd: ‘Nee’. Er is wel wat interesse van eerste divisieclubs, maar voorlopig is nog niks concreet. Ik ga ervan uit dat het nog goed komt. Ik voel me fit, heb genoeg kwaliteiten en weet zeker dat ik voor een club nog van waarde kan zijn. Aan een terugkeer naar de amateurs denk ik liever nog even niet. Het zou zonde zijn om na al die seizoenen in het profvoetbal een afscheid te krijgen als een nachtkaars.”
Bron: De Gelderlander