Hart van Lorenzo Davids klopt ook voor Suriname
Het gaat goed met Lorenzo Davids. In de basis bij NEC en een vaste stek bij Jong Oranje dat morgenavond in De Goffert speelt.
Zijn blik dwaalt af. Lorenzo Davids denkt na over de vraag wat Suriname nog voor hem betekent. „ Ik woon nu zeventien jaar in Nederland”, zegt de 21-jarige middenvelder van NEC. „Vaag herinner ik me dingen. Ik ben pas één keer teruggegaan. Maar toen had ik wel iets van: hé, hier ben ik eerder geweest. Tegelijk voelde ik vreugde. Ik was heel happy. Je eigen land. Dat is toch anders.” Zijn oma, ooms en tantes wonen er nog. „ Als ze een verjaardag hebben, maken ze er een dvd van. Laatst nog was mijn oma jarig. Dan zie ik dat later terug op de televisie. En elke keer denk ik weer: ik heb heel wat gemist.” De band met de rest van de familie in Nederland is hecht. „Ik heb twee broers en vier zussen. Elk weekend komen we bij elkaar in Amsterdam. Om bij te praten. Om samen te eten. Natuurlijk Surinaamse gerechten. Tjau Min vind ik echt lekker. Dat is bami met verschillende vleessoorten. Heerlijk.” Aankomende zomer gaat hij zeker terug. Met zijn eveneens in Suriname geboren vriendin en Oracio. Anderhalf is hun zoontje. „Het jongste kleinkind. Dat wordt wat als de familie hem voor het eerst ziet.” Davids is gek met Oracio. „Na een nederlaag ben ik nooit echt in de stemming voor een praatje. Maar alles is anders als ik hem zie. Dat jongetje maakt me blij. En alles verandert als je vader wordt. Ik ben rustiger dan eerst. Stappen doen we bijna niet meer. Ik zit net zo lief thuis.” Hij kijkt uit naar de zomervakantie. „ Ook al omdat die er aan het eind van het vorig seizoen bij inschoot. Eerst had je de play-offs, toen ging ik met Jong Oranje naar Toulon en in die periode verhuisden we ook naar Nijmegen.” Daarom, weet hij nu al, zal hij in Suriname weinig doen. „ Geen probleem. Mijn conditie blijft goed. Lopen heeft namelijk vooral te maken met je geest. Hoe diep durf je te gaan in een wedstrijd. Dat is een mentale kwestie. Stel je moet rennen voor je leven. Er zit een leeuw achter je aan. Dan komt het toch ook niet in je op om te stoppen omdat je moe bent.” Triomfantelijke blik.
Ook nu voelt hij geen vermoeidheid. „ Omdat het allemaal zo snel gaat. Komt ook door Jong Oranje. Daardoor vliegen de weken voorbij.” Kwam hij dit seizoen een aantal keren niet verder dan de voorlopige selectie van het keurkorps van Foppe de Haan, sinds kort ruimt de bondscoach van de regerend Europees kampioen steevast een basisplaats op het middenveld voor hem in. Met dank aan NEC, waar hij dit seizoen niet meer weg te denken is uit de eerste elf. „Vorig seizoen speelde ik de laatste tien wedstrijden bijna allemaal. Ik zeg eerlijk, ook omdat we veel blessures hadden. Nu is het anders. Ik wil de trainer gewoon geen reden meer geven om me op de bank te zetten. Daar heb ik alles voor over.” En dus rijdt hij elke – vrije – woensdag naar Den Haag voor de looptraining van Troy Douglas. „Beginnen we om 11.00 uur. Tot een uur of half een. Inclusief krachttraining. Troy is een ongelooflijk gezellig mens. Hij legt je ook niks op. Vraagt aan je waar hij je bij moet helpen. Wat je er zelf in wilt stoppen.” De oefeningen hebben ook bijna iets magisch. „Ik word er niet moe van. Alles gaat op souplesse. Natuurlijk moet ik er gewoon voor betalen. Maar voor elke voet¬baller is het een aanrader. Ik word er beter van. Het is een investering in jezelf.” Elke weekend krijgt Davids een sms-je van Douglas. „Hij bekijkt alle wedstrijden op televisie. Geeft hij aan wat goed was. En ook waar ik aan moet werken.” Douglas heeft meer voetballers onder zijn hoede. Klaas-Jan Huntelaar traint bij hem. Maar ook Edgar Davids. Een volle neef van Lorenzo. Samen volgden ze de trainingen van Douglas.
„Edgar is een voorbeeld voor mij”, zegt de NEC’er over de Ajacied. „ Alle topclubs in Italië gehad. Bij Barcelona gespeeld. Bij Tottenham Hotspur. Nu terug bij Ajax. Maar altijd zichzelf gebleven. Twee dagen voor een wedstrijd hoef je hem niet uit te nodigen voor een feestje. Komt’ie echt niet. Pakt hij zijn rust.” Die krijgt hij nu meer dan hem lief is. In de voorbereiding brak Edgar Davids zijn scheenbeen. Daardoor kwam het zaterdag 20 oktober niet tot een clash in de familie Davids. „ De wedstrijd tegen Ajax. Ik vond het ongelooflijk jammer dat hij er niet bij kon zijn. Met Edgar en zijn broer had ik het er van de zomer nog over gehad. Dat het een heftige wedstrijd zou worden. Even zouden we geen vrienden zijn. Ik had me echt op hem gefocust. Elk duel dat ik zou winnen. Man, dat had hij het hele jaar gehoord.” Davids verwacht dat zijn beroemde neef begin januari weer helemaal fit is. Precies op tijd voor de wedstrijd in De Goffert op de 20ste. „Ik kan vrijuit spelen. Voor hem is het anders. Hij mag absoluut niet verliezen van mij. Ik kijk er naar uit”, grijnst de jongste Davids.
Bron: De Gelderlander