Het derbygevoel is onbetwist het sterkst merkbaar in Nijmegen. In de meest zuidelijke van de drie Gelderse steden is een overwinning op De Graafschap mooi, maar staat het verslaan van aartsrivaal Vitesse gelijk aan het binnenhalen van het kampioenschap.
Aanvoerder Peter Wisgerhof kan daar over meepraten, gezien zijn verleden aan de andere kant van de Waal.
Jhonny van Beukering is helemaal een expert. De 25-jarige spits speelde voor alle drie de eredivisionisten uit de grootste provincie van het land. „Wedstrijden tegen De Graafschap en Vitesse zijn daardoor extra leuk. Al brengt de derby tegen Vitesse veel meer teweeg. Spelen tegen De Graafschap is voor mij pas bijzonder sinds ik daar ben vertrokken. Toen ik bij Vitesse speelde, had ik er geen extra gevoel bij. Waar ik de speciale lading aan merk? De dagen vooraf word ik vaker gebeld door vrienden of kennissen en praat ik regelmatig met spelers. René Bot van De Graafschap is een goede vriend van me. In duels
met De Graafschap en Vitesse krijg ik natuurlijk de nodige schoppen te verwerken. Dat houdt indirect verband met mijn speelwijze. Ik neem een bal altijd met de rug naar het doel aan, wat het risico op een schop met zich meebrengt. Voor de derby’s voel ik me zeker extra gemotiveerd." Scoren in zo’n burenonderonsje deed Van Beukering maar één keer. Op 23 september 2001 namens Vitesse bij De Graafschap.
Zijn teamgenoot centraal achterin, Peter Wisgerhof, wist het net nog nooit te vinden. „Spelen tegen Vitesse is natuurlijk een aparte ervaring en daar sta ik zeker niet alleen in. Als het competitieschema bekend wordt gemaakt, kijk ik direct naar de data waarop de derby plaatsvindt. Al een week of twee daarvoor komt het gevoel en beginnen de mensen om me heen erover te praten. Regelmatig staan de supporters een dag voor de wedstrijd aan de rand van ons trainingsveld met fakkels en spandoeken. Zodra ik het stadion betreed, voel ik dat er iets in de lucht hangt. Ik merk ook dat ik dan net dat beetje extra kan geven. Dat is vereist in zo’n wedstrijd." Het thuisvoordeel is volgens de 28-jarige aanvoerder belangrijk. „We hebben nog nooit in Arnhem gewonnen. Ook al waren we er enkele keren dichtbij. Thuis wonnen we sinds 2000 al onze confrontaties.
De derbysfeer blijkt op de één of andere manier toch indruk te maken. Al voel ik dat persoonlijk niet zo. Het heeft eerder met extra motivatie bij de thuisploeg te maken." In het shirt van Vitesse speelde Wisgerhof nooit tegen NEC. „Ik zat destijds op de reservebank. Toen leefde het iets minder. De sfeer is de afgelopen jaren aangewakkerd." De bijzonderste burenruzie weet hij zo op te sommen. „Dat was mijn eerste, op 27 augustus 2000. We wonnen met 4-1, nadat NEC al jarenlang tegen een zege aan had gehikt. Ik was net nieuw en we speelden de beste wedstrijd van het jaar." Geografisch gezien is De Graafschap ook een derby. „Wat betreft ligging misschien wel, maar het beladen gevoel is toch een stuk minder."
Bron: Elf Voetbal