Vandaag in de Gelderlander
NEC- PSV is speciale wedstrijd voor Van der Linden
Fysiotherapeut keert vanavond met PSV terug in ‘eigen’ stadion.
Met een brede grijns houdt Cees van der Linden zijn Nokia omhoog. Op de display staat een sms-bericht van Mario Been. De trainer van NEC informeert – met een smiley – of er nog blessures zijn bij PSV. De duim van de fysiotherapeut flitst over het toetsenbordje. Hij leest de tekst en drukt op verzenden: ‘Gaat je geen fluit aan’.
Tussen 1990 en 1995 speelde Van der Linden 164 officiële wedstrijden voor NEC, scoorde 24 keer en was daarna (van 2000 tot 2008) ook nog eens acht jaar de belangrijkste fysiotherapeut in De Goffert. PSV haalde hem dit seizoen naar Eindhoven. Vanavond staat NEC – PSV op de rol. „Een hele speciale wedstrijd voor mij,” weet Van der Linden. „ De eerste keer weer in mijn ‘eigen’ stadion. Mijn afscheid na de laatste thuiswedstrijd tegen NAC. Dat zal ik echt nooit meer vergeten. Dat iedereen was blijven zitten om mij uit te zwaaien. Heel bijzonder. En uniek.”
Hij kijkt alsof hij het weer beleeft. „ Zaterdag zal ik me hetzelfde voelen als een paar maanden geleden op mijn eerste werkdag bij PSV. Ik was gespannen. Kwam een uur te vroeg op De Herdgang. Ik vond het een bijzondere dag.” Van der Linden zat nog in dezelfde sport, maar stapte een andere wereld binnen. „Met alle respect voor NEC. Maar hier op de Herdgang ( het trainingscomplex van PSV, red) draait alles om het eerste. Jong PSV eet hier wel eens. Maar de voetbalschool zit hemelsbreed 400 meter verderop. Er werkt hier geloof ik één secretaresse. Alle andere afdelingen van PSV zitten op het stadion. De Herdgang ademt voetbal.”
En hij inhaleert met volle teugen. „Ik ga elke morgen om tien over zeven van huis. Om acht uur zijn we op De Herdgang. Technische staf en medische staf. Staat er een heerlijk ontbijt klaar. Kopje koffie erbij en dan nemen we dag door. Praten we over voetbal.” De man uit Oss voelt zich thuis in Eindhoven. „Er werken hier hele fijne mensen”, klinkt hij oprecht. „ Gewone mensen. Mijn collega Ferd van Odenhoven werken op basis van gelijkwaardigheid. Zelfs de contractbesprekingen hebben we samen gedaan. Ik werk onder dezelfde voorwaarden als Ferd.”
Hij roemt Luc van Agt, de inspanningsfysioloog („een vakman pur sang”) en is blij dat zijn voorganger Mart van den Heuvel teammanager geworden is. „We hebben de nodige overeenkomsten. We zijn allebei bezeten van ons vak en gek van voetbal. Mart is een echte clubman. Regelt ongelooflijk veel. Onlangs heb ik hem een compliment gemaakt. Na al die jaren zit er toch iemand anders op zijn plek. Maar medisch gezien houdt hij zich op de achtergrond. Vind ik knap.”
Toen de spelersgroep twee maanden lang geen blessures kende, gooide hij een balletje op bij Huub Stevens. In zijn NEC-tijd deden de trainers altijd een beroep op hem als ze bij de trainingspartij een mannetje te kort kwamen. Mocht Huub nu eens krap zitten… Het is er nog niet van gekomen. „Komt door hem”, wijst de fysiotherapeut quasi verontwaardigd naar buiten, waar Jan Wouters op het terras in het zonnetje geniet van zijn sigaretje. „Jan mag altijd meedoen.”
Gelukkig blijven er genoeg mooie dingen over. „ Dit klinkt misschien gek, maar voor de training een balletje trappen met Luc Nilis. Daar geniet ik van. Laatst deden we dat nog op Anfield Road. Mwah. Er zijn mindere plekken te bedenken”, grijnst Van der Linden, die na afloop van de wedstrijd in de Champions League het shirt van Dirk Kuijt kreeg. „Ik heb nog gewerkt met Dirk toen ik fysiotherapeut bij FC-Utrecht was. Supergaaf voor mijn zoon Ton. Die heeft nu al een aardige verameling. En allemaal echte wedstrijdhirts, hè. Laatst nog geruild met de fysio van Atletico. En hij heeft ze van Gabor Babos en Jonas Olsson. Het nationale shirt van Paraguay. Gekregen van Edgar Baretto.”
Daar komt vast en zeker het shirt van Ibrahim Afellay bij. „ De meest fantastische voetballer die ik ooit gezien heb”, klinkt het bewonderend. Maar of hij kan meespelen tegen NEC hangt mede van Cees van der Linden af, nu de middenvelder afgelopen dinsdag geblesseerd uitviel tegen Olympique Marseille. Hoe staat het eigenlijk met die blessure? „Dat ga ik je dus niet vertellen”, grijnst Van der Linden.