Hij is de gedoodverfde nieuwe voorzitter van NEC, maar niemand weet of Ton van Gaalen wel oren heeft naar ‘de mooiste job van Nijmegen’. Een interview.
Nadat de raad van commissarissen van NEC kort voor de jaarwisseling het vertrouwen in voorzitter Vincent Paes opzegde, doemde al gauw de vraag op wie hem moest gaan opvolgen. Links en rechts werden namen gedropt, maar alleen Ton van Gaalen lijkt in staat een brug te slaan tussen alle geledingen binnen de club.
De medefirmant van het accountantskantoor Horwath de Zeeuw & de Keizer kent als voorzitter van de OSRN, de businessclub van NEC, honderden zakenlieden die de club een warm hart toedragen. Daarnaast maakt de 53-jarige Ewijkenaar deel uit van het investeringsfonds dat in het verleden een aantal grote transfers realiseerde. Ton, word jij de nieuwe voorzitter van NEC? „Dat is niet aan de orde. Tot op dit moment heeft niemand van de clubleiding mij hierover benaderd. En ik heb geen idee of dat alsnog gaat gebeuren. Over de vraag of ik al dan niet geschikt ben voor die job, laat ik me niet uit. Het is niet aan mij om daarover te oordelen, maar aan de mensen bij NEC die een nieuwe voorzitter moeten aanstellen.”
Maar als NEC jou aanbiedt om Paes op te volgen, zeg je niet bij voorbaat nee. „Nogmaals, ik kan daar pas serieus op reageren als ik rechtstreeks word gevraagd. Eerder niet.” Hoe ben je bij NEC verzeild geraakt? „ Als jongetje van negen kwam ik voor het eerst in De Goffert. Ik weet nog goed dat mijn oom mij meenam naar de wedstrijd NEC-Elinkwijk. Dat is nu 44 jaar geleden.” „Na mijn studie werd ik in 1978 assistent bij het Nijmeegse accountantskantoor Vekemans & Berk. In ’ 86 ben ik samen met een studiegenoot voor mezelf begonnen. We kochten een accountantspraktijk aan de Graafseweg, pal naast de sauna. Twee jaar later bracht ik de zaak in bij De Zeeuw & De Keizer en werd ik mede-aandeelhouder van die firma.” „In 1990 werden we benaderd om lid te worden van de OSRN, die een paar jaar eerder was opgericht. Twee jaar later vroeg toenmalig NEC-voorzitter Henk van deWater mij om toe te treden tot het bestuur van de businessclub. En in december ’93 volgde ik Hans Ruijs op als voorzitter van de OSRN.
Dat doe ik nu al meer dan veertien jaar.” Zeker veel veranderd in die periode? „Toen ik als OSRN-voorzitter begon, hadden we zo’n vijftig leden. Ik weet nog goed dat de eerste jaarvergadering onder mijn leiding werd gehouden in kantine van tante Toos, met die formica tafels waar overdag rijexamens werden afgenomen. Inmiddels zitten we op 402 leden. En de komende jaren moeten we groeien naar 700. Daarvoor is natuurlijk wel nodig dat we al die mensen de nodige faciliteiten kunnen bieden. Dat kan alleen als de uitbreiding van het stadion doorgaat.” „ De OSRN is in de loop der tijd een belangrijk zakenplatform geworden. Ondernemers die zich bij de kamer van koophandel melden, krijgen het advies om zich bij ons aan te sluiten. Die twee businessstoelen kosten jaarlijks tussen de 5300 en 6200 euro aan contributie, maar dat haal je er gemakkelijk uit.”
Hoe dan? „De OSRN is opgericht om NEC financieel te steunen, maar de andere kant van de medaille is dat wij ondernemers bij elkaar brengen en hun daarmee de kans bieden zaken te doen. Business to business, heet dat. Daartoe organiseren we elk jaar een handvol grote activiteiten voor de gehele businessclub, zoals de familiedag, waarop leden samen met hun familieleden en de spelers een gezellige dag doorbrengen, de bekende haringparty in het stadhuis waarbij de haring voor een goed doel wordt geveild en natuurlijk ook de nieuwjaarslunch. Dit jaar was het daar trouwens opvallend druk, de mensen verwachtten kennelijk dat ze opzienbarend nieuws te horen zouden krijgen.” „ Daarnaast zetten we steeds vaker kleinschalige activiteiten op touw, ontbijtsessies en uitstapjes waaraan beperkte groepjes van 35 à 40 ondernemers deelnemen die globaal afkomstig zijn uit dezelfde branche.”
Hoe belangrijk is de OSRN voor NEC? „ Als betaald voetbalclub kun je niet zonder businessclub. Wij brengen met ruim vierhonderd leden jaarlijks meer dan 2 miljoen euro in het laatje voor NEC. Dat is tussen de 15 en 18 procent van de begroting. En vergeet niet dat het investeringsfonds vanuit de OSRN is ontstaan. De deelnemers aan het fonds waren stuk voor stuk lid.” Wat zijn de mooie herinneringen die je aan die veertien jaar hebt bewaard? „ Op de eerste plaats de promoties in 1989 en 1994 natuurlijk. Bij de eerste lieten wij van De Zeeuw & De Keizer speciale t- shirts maken. De volgende dag werden we overstelpt met telefoontjes van supporters die ook graag zo’n t- shirt wilden hebben. Hebben we er 500 laten bijdrukken. Echte supporters hebben ze nog wel in de kast liggen.” „Ik herinner me ook nog goed de nacompetitie van 1997, onder meer met die memorabele uitwedstrijd tegen VVV. De beslissing viel uit bij Cambuur, maar de meesten van ons konden daar niet bij zijn omdat we die avond het tienjarig bestaan van de OSRN vierden. Dat was al maanden van tevoren gepland. Zaten we daar met z’n allen in de kasteeltuin van Arcen met een radiootje aan het oor.” „Maar het absolute hoogtepunt was de wedstrijd tegen RKC, waarin we Europees voetbal haalden.” En met een hoofdknik naar het schilderij van Johan Neeskens dat aan de muur van zijn kantoor hangt: „Beter dan onder Sint Johannes heeft NEC volgens mij nooit gespeeld.”
Bron: De Gelderlander