Vandaag in de Gelderlander
Voor John mag het zo snel mogelijk beginnen
Laatste aankoop kent meeste spelers NEC nog van vroeger.
Hij haalt zijn schouders op. Natuurlijk is het snel gegaan met zijn voetbalcarrière, maar weet Collins John: „Dat is het leven. Je moet genieten van de goede momenten. Als de kansen zich voordoen, mag je ze niet laten liggen. Bij mij kwam alles in één klap op me af. Als in een bliksemflits.”
Bijna 23 is hij nu. In zijn eerste zes seizoenen als profvoetballer debuteerde hij met FC Twente in de eredivisie, maakte hij binnen twee jaar bij Fulham de overstap naar de Premier League, werd door bondscoach Marco van Basten geselecteerd voor Oranje en daarna (!) door Foppe de Haan voor Jong Oranje.
Pas vorig seizoen kwam de klad er een beetje in. Drie wedstrijden speelde hij maar voor Fulham dat hem achtereenvolgens uitleende aan Leicester City en Watford. Zestien duels werkte hij af in de Premiership, de divisie onder de Premier League. Ze hebben geen speciale plek in zijn herinnering gekregen. „ Strijd. Dat vooral. Veel lange ballen, zwaaiende ellebogen en tackles. Dan lijkt het misschien nog wat, maar in werkelijkheid voelde dat niet zo, alhoewel ik geen moeite had om staande te houden, hoor.”
Door een flinke spierverrekking in het bovenbeen stond John enkele maanden aan de kant. De aanvaller meldde zich weer bij zijn werkgever Fulham, maar die maakte in het laatste weekend van de transfertermijn wereldkundig dat de geboren Liberiaan mocht vertrekken. „ Zaterdagavond kreeg ik een telefoontje van mijn zaakwaarnemer Romeo Zondervan. NEC wilde met me praten. Vond ik een interessante club. Ik was blij met de kans om weer aan spelen toe te komen. En het was Nederland. Dichtbij mijn lieve moeder.”
Esther heet zijn moeder. Zonder vader voedde ze drie zonen en een dochter op in Nijverdal. De omstandigheden vroegen van de tiener Collins al snel een volwassen rol. „Ik was de vaderfiguur voor de familie. We hebben een sterke onderlinge band. Mijn broertjes kijken naar me op”, weet John, die nog steeds het verkleinwoord in de mond neemt als zijn als Ola van zestien en Paddy van achttien ter sprake komen. Beiden treden bij FC Twente in zijn voetsporen. „ Ola zit in de B1, Paddy speelt voor de A1 en soms bij de beloftes.” En Ola, weet Collins, kan hij al helemaal geen ‘broertje’ meer noemen. Die is al een paar koppen groter dan hij en stapt met schoenmaat 48 door het leven. „Een echte reus”, zegt de oudste John, die ook nog een zus van negen, Faith, heeft.
Vandaar dat hij als 18-jarige in zijn eentje naar Londen ging toen Fulham hem losweekte bij FC Twente. „Mijn moeder bleef in Nijverdal om voor mijn broertjes en zusje te zorgen. Ik woonde in de wijk Wimbledon. Allemaal heel prettig. Zo apart vond ik het niet. Wat is apart. Als je in het noorden van Friesland gaat wonen is dat ook eerst wennen”, weet Collins John, die de eerste anderhalf jaar in Engeland samenspeelde met Edwin van der Sar. „Naast Romeo Zondervan een van de belangrijkste mensen in mijn carrière. Van der Sar was voor mij een vaderfiguur. Heeft me echt gesteund. En het contact is gebleven. Vorig seizoen stuurde hij me nog een ticket voor Manchester – Barcelona, halve finale Champions League.”
En nu heeft hij zelf een plaatsbewijs op zak voor een wedstrijd met NEC in de UEFA Cup. „Want eigenlijk waren we er maandag snel uit”, refereert hij aan het gesprek dat Romeo Zondervan en hij met Mario Been en Carlos Aalbers in Vianen voerde. In de kleedkamer had hij zich niet aan iedereen hoeven voorstellen. „Van den Boogaart, Otten, Bouaouzan. Die kende ik nog van Jong Oranje. Zomer, Sibim, Pothuizen. Heb ik mee gespeeld bij FC Twente. Van Beukering. Joh, die kwam elke keer tegen toen ik met de C1, B1 en A1 van FC Twente tegen Vitesse speelde. Dat maakte het gemakkelijker om hier binnnen te komen. Ik ben sowieso blij om hier te zijn. Alle jongens hebben goed behandeld. Ik ben prima opgevangen.”
Binnenkort gaat hij op zoek naar woonruimte in Nijmegen of de directe omgeving. „Mijn moeder is pas verhuisd naar Wierden. Op een steenworp afstand van Nijverdal. Dat vind ik te ver rijden. Daarom zoek ik weer iets voor mezelf. Maar als ze hier dichterbij had gewoond was ik weer bij haar ingetrokken.”