Hulde. Hulde. Hulde. Hulde aan dit elftal en hun kinds- kinds- kinderen. Wat moet een mens toevoegen aan de daden van dit team, deze opmars, dit kalenderjaar? Aan deze zegereeks? Aan het kampioenenvoetbal dat week in week uit gespeld wordt? Woorden schieten tekort.
Normaliter zitten uw Trouwe Honden reporters ijverig met het bloknoot op schoot, alles gericht op een fraai verslag voor de oplettende lezertjes. Dat zat er gisteren dus even niet in. Om te beginnen was uw reporter zelden zo zenuwachtig voor een wedstrijd als gisteren. In tegenstelling tot vijf jaar geleden, toen het halen van Europees voetbal een sprookje was, dat zo onvoorstelbaar was dat je niet eens snapte dat je er überhaupt zenuwachtig over kon worden, lag de druk donderdag geheel en volledig bij NEC. En dat voelde ik. De adrenaline gierde door de aderen. Tegen vijven werd ik gode zij dank door collega’s de trein ingemieterd, omdat enige vorm van productiviteit al in geen uren meer tot de mogelijkheden behoorde. Stevig ingepilst betrad ik de Goffert.
Wat daar gebeurde valt met geen twaalf pennen te beschrijven. Ik zal geen verslag doen van de wedstrijd zelf, lees de Gelderlander er maar op na, waar alle spelers minimaal een acht kregen. De op voorhand al aangeslagen spelers van NAC straalden geen moment uit dat ze ook maar een greintje vertrouwen hadden in de goede afloop en lieten zich collectief naar de slachtbank leiden. Niets liet NEC van hen over. Olsson (2), Lens (2), Holman en El-Chaoui waren hun beulen met stiftballetjes, wreefschoten en wat al niet. Vanaf de eerste minuut stond de Goffert in vuur en vlam. Geen moment liet NEC er twijfel over bestaan dat er maar één club was die aanspraak maakte op het UEFA-ticket.
Het is bijna jammer dat het seizoen er zowat opzit, want wat voor een voetbal leggen de onzen op de mat? Balletjes in één keer raken, tikkies breed, iedereen is aanspeelbaar, iedereen verdedigt mee: Godenvoetbal. Je zou wensen dat het seizoen tot ergens in juli duurt. Eens te meer blijkt, dat hetgeen zich tussen de oren van spelers afspeelt minstens zo belangrijk is als de technische kwaliteiten of wat dan ook. Het mirakel van 2008 bewijst dat een verzameling voetballers, die elders allang afgedankt waren of te licht bevonden werden voor de top, tot zeer grote hoogten kunnen stijgen.
Het noemen van uitblinkers heeft nauwelijks zin. Lens speelde weer iedereen dol. El-Ak maakte defensief geen fout en gaf louter goede assists af. Babos hoefde weinig te doen, maar pakte wat voor hem was. Muslu heerste op rechts in zijn laatste Goffertpot. Vadocz liet zien waarom Feyenoord heel, heel veel geld moet dokken als ze hem hebben willen. Holman vijzelde zijn prijskaartje nog wat op. Ga maar door.
De kans is niet bijster groot dat we met dit team de voorbereiding gaan doen. Maar laten we wel wezen: ook NEC is jarenlang gespekt door de gemeente, er zal toch ook een keer geld in het laatje moeten komen. Als er spelers weggaan, is dat een teken dat onze club eindelijk weer meedoet, laten we er niet te hard om treuren. Het hoort erbij.
Wat de wedstrijd ook bewijst, is de totale onrechtvaardigheid van de play-offs. Wat je ook mag denken over NAC, die gasten verdienen natuurlijk gewoon Europees voetbal. Derde waren ze. Derde. En ze grijpen overal naast. Je mag er niet aan denken. Geen spreekkoor tegen de 200 dapperen, die haast tegen beter weten in naar Nijmegen kwamen, heb ik over mijn lippen gekregen. Te sneu vond ik het.
Tot slot één kritisch noot: hoe is het mogelijk dat ons stadion op een moment als dit niet uit zijn voegen barst? Hoe is het mogelijk dat we tegen een hooguit halfvolle hoofdtribune aankijken? Je verstand staat erbij stil. Iedereen die nu nog durft te beginnen over een tweede ring, moet met hoongelach en overdekt met pek en veren de Waalbrug overgedragen worden. Wat dan weer wel aanleiding is voor grote trots, zijn de 23 bussen waarmee we zondag onze helden zullen begeleiden richting Breda. En terug, voor een overwinningsfeest dat de stad zich nog lang zal heugen.
Joris