Verdediger Jong NEC kan terugzien op prima debuut in de derby.
In de aanloop naar de derby tegen Vitesse had Mario Been zijn hart al sneller laten kloppen. „Ik zat op de bank en moest zorgen dat ik vanaf het eerste moment scherp was”, zei Mitchel Burgzorg (21), die na een half uur mocht invallen voor de geblesseerde Bas Sibum en in de slotfase tot drie keer toe voorkwam dat de Arnhemmers konden scoren.
Maar scherp zijn in de dug-out. Hoe doe je dat? „ Zorgen dat je er klaar voor bent. Al bij het warmlopen. Langs de lijn moet je net doen alsof je in de wedstrijd zit. Daarom maakte ik bijna een tackle op Arek Radomski”, grapte de speler van Jong NEC die kon terugzien op een uitstekend debuut.
Toen Been hem het seintje had gegeven, spoot de adrenaline echter door zijn aderen. „Eerst was het afwachten. Bas Sibum raakte geblesseerd. Wie zou hij brengen? Arek of mij? En toen mocht ik. Misschien omdat Arek terugkomt van een blessure. Ik weet het niet. Maar mijn hart ging wel honderd keer sneller dan normaal. Ik was ook van alles vergeten te strikken. De veter in mijn broek. Mijn scheenbeschermers zaten niet vast. Na drie minuten moest ik mijn schoenveters al strikken. Links en rechts! Eerst weer die handschoenen uit. Natuurlijk had ik wel het moment uitgezocht. De bal was helemaal aan de andere kant. Maar ik werd er gek van.”
In de rust had hij al die handelingen nog maar een keer herhaald. „ Debuteren in zo’n derby. Joh, het kon me allemaal niet strak genoeg zitten.” Ingesnoerd en wel speelde de jonge Amsterdammer een puike tweede helft. Tot drie keer toe kreeg hij in de slotfase – toen er eindelijk leven in de brouwerij kwam en Vitesse de bezoekers uit Nijmegen steeds vaker met de rug tegen de muur zette – de welgemeende complimenten van Gábor Babos. De doelman spoedde zich bij drie gevaarlijke Arnhemse aanvallen naar de tweede paal, maar zag steeds tot zijn opluchting dat Mitchel Burgzorg de bal uit de doelmond joeg.
Of luistert hij liever naar de naam Priester B? Lachsalvo’s bij Burgzorg. Zo noemen ze hem ook wel eens. Naar een van de bekendste rappers van Nederland. „Ik heb voor de grap een nummer gedaan met LSD, een rapgroep. Eerst had ik een beat, toen de melodie en daarna het refrein. Het sloeg aan. Voor ik het wist trad ik op met de bekendste rappers uit Nederland. Het is een hobby. Per ongeluk een beetje opgeblazen. Maar ik doe het graag. De een zit achter zijn playstation. Ik rap.” En gisteren maakte hij zijn debuut in de eredivisie. Weer die lach van oor tot oor. „Man, ik sta nog te genieten. Ik kan niet wachten op de volgende training.”
Bron: De Gelderlander