Gevierde middenvelder promoveert debutant tot ‘man of the match’
Iets te gedienstig verliet Milano Koenders gistermiddag de kleedkamer. Zo leek het tenminste. De huurling van AZ die zijn debuut bij NEC een gouden randje had gegeven door in de slotminuut de winnende goal tegen Feyenoord (1-0) binnen te koppen, liep achter Lorenzo Davids en droeg het ingelijste shirt dat de middenvelder als ‘man of the match’ had gekregen. „Nee, nee”, haastte Koenders zich te zeggen. „ Het is van mij. Lorenzo heeft hem aan mij gegeven.” Een genereus gebaar van Davids die zijn geste niet meer dan logisch vond. „ Als je in de laatste minuut de winnende maakt, verdien je die prijs”, klonk het simpel.
Voor Koenders ziet de wereld er plotseling anders uit. Bijna gewend aan de anonimiteit van de wedstrijdjes met Jong AZ op de maandagavond, stapte hij gistermiddag als basispeler van NEC even voor half drie een kolkend Gofferstadion binnen. Zaterdag, tijdens de laatste training, had hij al in de gaten gekregen dat het die kant op zou gaan. „ Ik zag Ramon ( Zomer, red) alleen maar rondjes lopen. Dan weet je het wel.”
Dat hij met amper vier trainingen in de benen gelijk aan de bak moest, had hem niet nerveus gemaakt. „Ik voelde een normale wedstrijdspanning. En verder had ik vooral zin in deze nieuwe periode.” Zijn taak was niet eenvoudig. Tegenover de jonge verdediger stond niemand minder dan Roy Makaay. Naam gemaakt bij Vitesse, Deportivo la Coruna en Bayern München en elf jaar ouder dan 22- jarige Koenders. „ Namen zeggen mij niets. Hij heet Roy Makaay. Ik Milano Koenders. Ik moest hem uitschakelen. Daar ging het om,” klonk de verdediger zelfbewust.
En hij slaagde met vlag en wimpel. Alleen in de 65e minuut had Makaay kunnen scoren. Het Fantoom deed op dat moment zijn bijnaam alle eer aan. De hele wedstrijd onzichtbaar en plots stond-ie er. „Tegen hem moet je negentig minuten lang geconcentreerd blijven. Ik vond wel dat ze die voorzet eruit hadden moeten halen. Maar ik stond ook te ver van hem af. Een topverdediger gebeurt dat niet.”
Van zijn doelpunt genoot hij stilletjes na. „Mijn eerste goal in de eredivisie. En voor het eerst in mijn leven gescoord met een kopbal. Was me nog nooit gelukt.” De lijst met het shirt rustte tegen zijn schenen. „Wel apart dat ik dit uitgerekend van Lorenzo krijg. We hebben in de jeugd heel veel tegen elkaar gespeeld. Hij als linkshalf bij FC Utrecht en Feyenoord. Ik als rechtshalf bij Ajax. Kwamen we elkaar veel tegen. Maar ook buiten het voetbal hebben we een band. Daarom is het extra leuk dat ik hem nu bij NEC tref.”
Bron: De Gelderlander