De klus: hou 4.200 fans in ’t gareel

Vooruitgeschoven post NEC en politie: zorgen, maar ook vertrouwen

Van een aansteker kun je slecht slapen. Vraag maar aan Lonneke Gijsbers. Tot ver achter de komma had de veiligheidscoör­dinatrice van de Nijmeegse voet­balclub NEC de thuiswedstrijd te­gen het Hamburgse HSV voorbe­reid. „Het was feest, in de stad en in het stadion. Maar dan gaat het de vol­gende dag alleen over die aanste­ker die vanuit het publiek naar de scheidsrechter werd gegooid. Zo jammer.”

Nieuwe ronde, nieuwe kansen. Gijsbers is sinds gisteren in Ham­burg, samen met de twee andere leden van NEC’s vooruitgescho­ven post: manager annex regelneef Jan Bluyssen en politieman Peter Tromp, coördinator betaald voet­bal.

Na de Europese uitwedstrijden in Boekarest, Zagreb en Moskou – be­zocht door gemiddeld 500 NEC-fans – wacht hen morgen een klus van ongekende omvang. De opdracht: hou 4.200 feestende fans in ’t gareel in een vreemde stad. Bluyssen: „Ik geloof dat al­leen Feyenoord ooit met meer fans op pad is geweest.” Gijsbers: „Hier bestaat geen draaiboek voor.”

Toch kon ze ergens om advies vra­gen. In Amsterdam. Ajax speelde dit seizoen immers ook in Ham­burg. „Heeft me in ieder geval wat tips opgeleverd. Bijvoorbeeld over de toegangspoortjes in het uit-vak van het HSV- stadion. De Ajaxfans moesten lang wachten omdat er maar twee van de acht open wa­ren. Dat leidde tot veel irritatie. Dus zullen ze donderdag alle acht open zijn.”

Het lijken details. Maar ze kunnen het verschil maken tussen soepel en stroef, tussen feest en frustratie. Niet alles is vooraf te voorzien. „We vragen ons af hoeveel fans er uiteindelijk naar het stadion ko­men. Omdat de kans op sportief succes klein is, blijven er mis­schien wel veel supporters in de kroegen hangen. Ander punt van zorg: komen de fans die de wed­strijd willen zien wel op tijd? Het begint al om 18.15 uur. Tijdens de avondspits. Zitten ze eigenlijk net in de kroeg.”

En: hoe houdt het vergrote uit-vak het, dat volgens Duits gebruik niet met hekwerken is afgezet? Politieman Peter Tromp heeft ver­trouwen in de goede afloop. „We hebben het zo goed mogelijk voor­bereid. Ik zeg: laat het nu maar ge­beuren. En als het echt misgaat, als er ergens de vlam in de pan slaat, dan hou je het toch niet tegen.”

Niet dat hij er niet alles aan doet om escalatie te voorkomen.„Daarom gaan wij woensdag en donderdag met vier koppels, een Nijmeegse en een Hamburgse agent, op pad. Observeren. Kijken waar de supporters heengaan, wat er gebeurt. Opstootjes proberen we in de kiem te smoren, we pro­beren te voorkomen dat de geüni­formeerde politie in actie komt.” Want die staat niet bekend om haar fijnzinnigheid. Wanneer de missie geslaagd is?

Tromp: „ Als het niet op rellen uit­draait. Als het een groot feest wordt.” Gijsbers: „ Als NEC en de fans een goede indruk achterla­ten.” Zonder aanstekers.

Bron: De Gelderlander

Reageer via DTH Facebook of deel via social media of mail.