“Fijn” dachten de commentatoren “zijn we eindelijk van Saidi Ntibazonkiza af”, komt er weer een nieuwe speler waar op ze weer flink kunnen gaan oefenen: Erton Fejzullahu. In de 109 jaar dat NEC bestaat zijn er veel bijzondere namen voorbij gekomen. Drie weken lang stelt De Trouwe Honden een top vijf samen van deze namen, met vandaag het eerste deel:
15. Muslu Nalbantoglu, Rachid Bouaouzan, Nahumury Ezra, Dzevdet Sainoski en ga zo nog maar even door. Ze vielen allemaal buiten de boot in de top vijftien van de rare ‘namen lijst’. Hun plek wordt ingepikt door de Pool Janusz Kowalik. Deze kleine en tengere Poolse spits werd in 1974 naar Nijmegen gehaald met hoge verwachtingen. Het was een echte vedette en werd gehaald om NEC weer terug naar de Eredivisie te brengen. Voorheen speelde hij bij Sparta, waar hij in 123 wedstrijden 66 keer scoorde. Deze cijfers haalde hij helaas niet bij NEC: in dertig duels scoorde hij maar zes keer en kreeg een plek op de reservebank. Het is waarschijnlijk een van de beroemdste spelers die NEC gekend heeft. Na zijn avontuur in de Goffert kwam hij uit in de Amerikaanse competitie en speelde hij met supersterren als Pele en George Best. Na een korte periode als hoofdtrainer bij Vitesse, is er niet veel meer van hem vernomen.
14. Op de 1-na-laatste-plek staat de Servische Dejan Govedarica. Deze centrale middenvelder staat nog in het geheugen gegrift van vele NEC-fans. De ex-speler die vorige week zijn 40e verjaardag mocht vieren, kon twee seizoenen lang rekenen op een vaste basisplaats in de Goffert. Hij speelde 56 Eredivisieduels, 6 bekerduels en ook was hij in de twee Europese wedstrijden van de partij. Ook het aantal vriendschappelijke duels is opmerkelijk: maarliefst 26 keer speelde hij er eentje. Zijn laatste doelpunt was in het einde van 2002. Toen won NEC in Alkmaar met 1-4 door doelpunten van Danny Hesp, Peter Wisgerhof en dus tweemaal Govedarica. Johan Neeskens werd in dat duel naar de tribune verwezen en Frank Demouge kreeg een rode kaart. In 2004 vertrok hij uit Nijmegen en speelde hij nog een seizoen in zijn geboorteland bij FK Vojvodina Novi Sad. In 2005 hing hij zijn voetbalschoenen op en momenteel is hij assistent bondscoach van het Servische voetbalelftal onder de 21.
13. Op de dertiende plek staat een zeer groot talent uit de eigen jeugd: Gradje Xhofleer. De speler werd gezien als een toptalent uit de voetbalschool. Tot een definitieve doorbraak van de verdediger kwam het uiteindelijk niet. De geboren Nijmegenaar kwam slecht vijftien wedstrijden uit waarin hij een keer scoorde. Zijn contract werd niet verlengd waarna hij op amateurbasis ging voetballen bij de Nijmeegse Boys. Later kreeg hij nog een kans bij Helmond Sport, maar ook hier maakte hij het niet waar. Wie hem nog wil gaan bezichtigen moet zijn bij vierdeklasser Quick Boys’31. Hier houd Grad zich bezig met de technische zaken van de D afdeling. Ook is hij technisch directeur in Venlo bij voetbalclub VOS, waar hij de bijnaam de Peter Bosz van de VOS draagt. Of dat nou zo’n leuke bijnaam is……
12. Op nummer twaalf staat de in Aleksandrovac geboren Dimitrije Davidovic (spreek die zin eens tien keer achter elkaar uit). Deze man van Servische roots speelde in het seizoen 1969-1971 in ‘de Bloedkuul’. De middenvelder was in de twee seizoenen in het rood-zwart-groene tenue de vaste aanvoerder en speelde in totaal 39 wedstrijden waarin hij vijf keer doeltreffend was. Toch ging dit allemaal niet gemakkelijk: vanwege aanpassingsmoeilijkheden, weinig trainingsmogelijkheden en blessures zorgen er voor dat de bekwame technicus niet goed uit de verf komt. Na twee seizoenen komt er een einde aan de samenwerking. Beide partijen wilden graag met elkaar verder, maar doordat de financiën niet op orde kwamen, kwam er een einde aan een toch wel mooie periode. Hij heeft wel een trainersloopbaan waar je u tegen zegt. Zijn laatste club was FC Antwerp in België, waar hij vorig jaar stopte. Dit jaar is hij voor het eerst van zijn pensioen aan het genieten.
11. De laatste van dit eerste deel die deel twee net niet wist te halen is de Joegoslavische Nedeljko Bulatovic. De inmiddels 71-jarige Servische werd in de jaren 60 gescout door de Enschedese Boys. Toen speelde hij in zijn vaderland FK Vojvodina. Na een succesvolle competitiestart belande de speler, die getrouwd is met een Nederlandse vrouw, op de reservebank waarna hij besloot het avontuur in Nijmegen op te zoeken. Hij heeft echter niet op een gewenst afscheid kunnen rekenen: hij raakte in onmin met de nummer 1 van Gelderland toen hij een keer reserve werd opgesteld. NEC schorste hem tot het einde van het seizoen waarna een aantal jaren later zijn carrière afsloot in West-Duitsland. Naast de fout niet goed zijn best te hebben gedaan in de oudste stad van Gelderland, maakte hij even later nog een fout. Van 1974 tot 1975 was hij hoofdcoach van Vitesse. ‘Ned’, zoals hij door de presentatoren werd genoemd, kwam in dertig wedstrijden tot vier doelpunten in de Goffert.