Dwight Lodeweges laat zijn ideeën nestelen

Vanavond speelt NEC zijn eerste oefenduel in de aanloop naar het nieuwe seizoen, gewoontegetrouw tegen de NEC-amateurs. Het duel op De Eendracht betekent de vuurdoop voor Dwight Lodeweges, de nieuwe coach van de Nijmeegse eredivisionist. Een nadere kennismaking.

Ooit typeerde Johan Derksen de door­snee voetbaltrainer als een patser met een sigaartje in de mondhoek, een zonnebril op het voorhoofd en gestoken in een ner­veus gesneden maatpak. Aan dat cliché voldoet Dwight Lodeweges geenszins. De nieuwe oefenmees­ter van NEC gaat niet gebukt on­der een opgeblazen ego en vervalt nimmer in ondoordringbaar voet­baljargon. De 51- jarige Veluwnaar is eerder iemand die zich buiten de gebaande paden begeeft. Ie­mand die zijn eigen plan trekt en zijn eigen keuzes maakt.

Hoewel iedereen die met jou ge­werkt heeft jouw vakmanschap roemt, ben je voor veel voetballief­hebbers een tamelijk onbeschreven blad. 
„Ach, ik heb er niet zo veel behoef­te aan om in de schijnwerpers te staan. En de ingewijden weten wel wat ik in mijn mars heb. Bij PSV wilden alle spelers dat ik het van Huub Stevens zou overnemen toen hij opstapte. En het pakte goed uit. We haalden in de twee­de competitiehelft de meeste pun­ten van allemaal en het voetbal werd ook steeds beter.”

Bij FC Groningen werkte je voor het eerst als hoofdtrainer op eredi­visieniveau. Dat werd geen succes.
Heeft jouw loopbaan daar een knik opgelopen?
„Ach, het was misschien anders ge­lopen als het toen wel was gelukt. Maar van de andere kant: ik hoef niet zo nodig hoofdtrainer te zijn omdat anderen dat belangrijk vin­den. Voor mij telt bovenal of ik ple­zier in mijn werk heb. En dat kan ook als assistent, vooral als het klikt met de hoofdtrainer, zoals het geval was met Foppe de Haan en Sef Vergoossen. „Bovendien heb ik wel vaker keu­zes gemaakt die niet echt voor de hand lagen. Ook toen ik zelf nog voetbalde. Op mijn twintigste vroeg Hans Kraay senior of ik met hem mee wilde om in Amerika te gaan voetballen. Ik speelde bij Go Ahead Eagles, stond op het punt te gaan trouwen en we hadden al een huis gekocht. Ik moest binnen 24 uur beslissen. Ik heb het ge­daan, ook al kreeg mijn verloofde Betsy van haar ouders geen toe­stemming om met mij mee te gaan. Heb ik daar het eerste jaar al­leen gezeten.” 

Is voetbal zo belangrijk dat je be­reid bent er huis en haard, zelfs je gezin voor te verlaten?
„Als je voor het buitenland kiest, gaat dat met opofferingen gepaard. Dat weet je. Tussen 2004 en 2007 werkte ik in Abu Dhabi en Japan. Mijn vrouw kwam regelmatig een paar dagen over, maar mijn kinde­ren zag ik soms vier, vijf maanden niet. Moeilijk soms, maar ik ben nu eenmaal gek op voetbal. Het is een besmetting waar je niet ge­makkelijk van los komt.”

Je werkte de afgelopen twee jaar bij PSV met topvoetballers. Is het niet lastig om een stapje terug te doen?
„Ik zie dat helemaal niet als een na­deel. Ik heb op allerlei niveaus met veel plezier gewerkt, als jeugdtrai­ner, als assistent en als hoofdtrai­ner. Ik heb het idee dat ik bij NEC mijn ei wel kwijt kan. Deze club heeft de afgelopen jaren de moed gehad om in de kwaliteit van de spelers te investeren. Ze willen hier omhoog, en dat is ook voor mij een mooie uitdaging.”

Je bent nu een paar dagen bezig met de selectie. Weet je al wat voor vlees je in de kuip hebt?
„Natuurlijk heb ik wel een globaal beeld van de spelersgroep. Ik heb tijdens de vakantie aardig wat dvd’s van het afgelopen seizoen ge­zien. Bovendien heb ik ze toen ook een paar keer zien spelen. Ik heb in elk geval een gretige, bereid­willige groep aangetroffen. Lo­gisch. Iedereen heeft een paar we­ken vakantie gehad, de velden lig­gen er mooi bij en er is een nieu­we trainer die overtuigd moet wor­den. Er moet nog wel wat bij ko­men, een verdediger en een aanval­­ler, maar ik ben zeker niet ontevre­den over de groep die er nu staat.”

Kun je al iets zeggen over de speel­wijze die jou voor ogen staat?
„Ik ben daar in de groep tot nu toe alleen mondjesmaat mee bezig ge­weest. Je moet voetballers niet overvoeren. Dingen die zich lang­zaam in de hersenpan van de spe­lers nestelen, blijven beter hangen. Dat heb ik van Foppe geleerd. Die zei altijd: ‘Je moet het laten motre­genen, niet laten stortregenen’. Volgende week op trainingskamp hebben we alle gelegenheid om dieper op de speelwijze in te gaan. „Deze week ben ik vooral met het grote plaatje bezig geweest. Het maken van afspraken. Net als ge­zinnen en schoolklassen hebben voetbalploegen behoefte aan een beetje orde. Het is echter niet zo dat ik alles in mijn eentje bepaal. Sommige regels zijn tot op zekere hoogte zelfs redelijk onderhandel­baar. Inspraak is prima, maar daar­na moet iedereen zich wel heel precies aan de gemaakte afspraken houden. Dat geldt ook voor de ma­nier van spelen. Ik wil dat de spe­lers meehelpen zoeken naar oplos­singen voor bepaalde tactische pro­blemen. Als dat gebeurt, zijn de spelers ook eerder aanspreekbaar als zij afspraken niet nakomen.”

NEC was de afgelopen jaren ge­wend met drie aanvallers te voet­ballen. Maar Saïdi Ntibazonkiza is op dit moment de enige echte vleugelspits in de selectie.
„Ben ik niet helemaal met je eens. Hoewel hij geen klassieke buiten­speler is, kan Moestafa El Kabir in mijn ogen heel goed aan de buiten­kant spelen. En Ricky ten Voorde heeft mij de afgelopen dagen ook heel aangenaam verrast. Maar het klopt wel dat ik er graag nog een aanvaller bij zou hebben en inder­daad het liefst een die op de flan­ken kan spelen.”

Bron: De Gelderlander

Reageer via DTH Facebook of deel via social media of mail.