Oudste speler op het veld houdt zich moeiteloos staande.
Op de bank van Ajax stootten ze elkaar gistermiddag grijnzend aan. Het was gedaan met met Patrick Pothuizen. De 36-jarige routinier van NEC wilde een kwartier voor tijd vlakbij de dug-out van de Amsterdammers een vrije trap nemen en struikelde bij de aanloop – van vermoeidheid, zo leek het – over zijn eigen benen. „Dat kwam door die dunne nopjes”, wist de oude krijger na de 42 nederlaag stellig. „Ik haakte met links in mijn rechterschoen. Maar het zag er wel komisch uit. Ik kon er zelf om lachen.”
Twee minuten later was de grijns van zijn gezicht verdwenen toen Dani Fernandez de bal uit een vrije trap van Sulejmani ongelukkig achter zijn eigen doelman Gábor Babos kopte en Ajax de 32 voorsprong schonk. „ Geklopt op intelligentie”, wist Pothuizen die onmiddellijk na die treffer gewisseld werd voor de extra aanvaller Joël Tshibamba. „Die vrije trap volgde na een domme overtreding op Suárez. Onnodig. Laat Suárez nou maar aan mij over. Ik los dat met mijn ervaring wel op.”
Zoals hij dat met Dario Cvitanich had gedaan. De Argentijn trapte in de 69e minuut met open ogen in de val van de NEC-verdediger. „Ik voelde hem komen. Wachtte met inspelen en daar was-ie.” Na de onvermijdelijke botsing, waarbij Pothuizen neerging alsof hij zojuist met een dubbelloops jachtgeweer in de rug was geschoten, trok scheidsrechter Kevin Blom eerst de tweede gele en vervolgens de rode kaart voor de Ajacied.
Liever nog had hij die andere Zuid-Amerikaan, de Urugayaan Luis Suárez, een rode kaart aangesmeerd. „Een heel vervelend mannetje”, wist Pothuizen. „Maar dat is ook weer zijn kwaliteit. En laten eerlijk zijn. Het zijn stuk voor stuk hele goede voetballers. Cvitanich, Sulejmani, Suárez. Er staat een voorhoede bij Ajax, hoor.”
Na het laatste fluitsignaal dreigde het toch nog even uit de hand te lopen toen Pothuizen van de bank kwam om verhaal te halen bij Suárez. Die wandelde wijselijk naar naar het eigen supportersvak en toen liet ‘Potje’ het maar zo. „Dat was niks. joh. Ik wilde alleen shirtjes met hem ruilen”, glimlachte de voetballer.
Toch deed nederlaag pijn. „ Omdat ik een hekel heb aan Ajax”, klonk de routinier oprecht. Het verdrong bijna de vreugde over zijn rentree in de hoofdmacht van NEC. „Nou, ik ben het wel gewend hoor. De eerste helft van het seizoen rust ik uit om daarna toch weer opgeroepen te worden.” Spottend lachje. Feit was wel dat de oudste speler op het veld zich moeiteloos staande hield in een wedstrijd die vooral na rust ontbrandde en op ‘z’n Engels’ werd uitgevochten.
„Volgens mij was het een leuke pot voor de neutrale toeschouwer”, zei Pothuizen, die desondanks zijn plaats zo weer aan de vertrokken PeterWisgerhof zou afstaan. „Ik had liever dat hij gebleven was. Peter was mijn roommate. Echt jammer dat-ie weg is.”
Bron: De Gelderlander