Het kan verkeren. In lang vervlogen tijden was niet Vitesse, maar het Nijmeegse Quick de grootste rivaal van NEC. Quick de club van de elite, NEC de club van de lagere sociale klassen. Hooliganisme was er nog niet, maar dat het vuur in de derby’s zat is bekend. En nu, vele jaren later, gaan onze jeugdelftallen niet meer in een rood-groen-zwart shirt spelen, maar in het shirt van Quick. Zelfs oprichter en visionair Guus Lodenstijn, de man die ooit de stoute schoenen aan durfde te trekken door toenadering te zoeken tot Quick om NEC op hun terrein te laten spelen, zou dit niet hebben kunnen bedenken.
Van de grote man van NEC in de beginjaren, naar de grote man van de voetbalschool van NEC nu: Wilfried Brookhuis. Onze oud doelman gaf een interview in de Gelderlander. Behalve het bekende "vele goudzoekers vissen in hetzelfde water naar dat ene goudklompje" verhaal, viel mijn oog op het onderstaande stuk over de samenwerking met FC Oss:
Uiteraard krijgen de jeugdploegen van de Voetbalacademie NEC/FC Oss ook eigen tenues. ”We hebben ervoor gezorgd dat de clubkleuren van de deelnemende clubs daarin terug te vinden zijn”, aldus de oud-keeper van NEC. ” De teams gaan spelen in shirts met roodzwarte, verticale banen, witte broekjes en zwarte kousen.”
Zou Brookhuis vergeten zijn dat wanneer je spreekt over dé clubkleuren dat naast het rood en wit van Oss en het rood en zwart van Nijmegen, NEC nog een derde clubkleur heeft? En natuurlijk. Wie gaat samenwerken gaat spelen in een nieuw tenue en dat tenue kan niet rood-groen-zwart zijn, omdat ook de rood-witten uit Oss iets terug willen zien. Maar liever nog dat ze in het blauw waren gaan spelen dan dit geforceerde huwelijk van twee clubtenues, waarbij het duidelijk is dat het trouwen in gemeenschap van goederen door onze club wel heel makkelijk uitgelegd wordt. Of was het twee clubkleuren halen, drie betalen? Hebben we toch nog wat opgestoken van de handelsgeest bij het ooit elitaire Quick.
Bleum