Nuytinck “NEC geeft ook ruimte aan eigen kweek”

‘Thuis ben ik gewoon de oude Bram’

NEC roert zich dit jaar nadrukke­lijk op de transfermarkt. Bij de komst van al die grote namen zou je haast vergeten dat ook de ‘eigen kweek’ van de Nij­meegse club voor nieuwe aan­voer zorgt. Met name Bram Nuy­tink uit Malden imponeerde. 
 
Met Ricky ten Voorde, Björn Vleminckx, Rens van Eijden en de­ze week ook Niels Wellenberg en Erton Fejzullahu is er sprake van een kleine invasie aan nieuwe arbeidskrachten in De Goffert. Middenvelder BastianWei­ser en verdediger Bram Nuytinck, vorig seizoen nog actief bij de A1 van NEC, mogen – in elk geval tot de start van de competitie – laten zien dat ook zij in aanmerking ko­men voor het keurkorps van Dwight Lodeweges. Met name de 19- jarige stopper uit Malden, kopsterk en tweebenig, imponeerde in de oefenwedstrij­den waarin de nieuwe NEC-trai­ner een beroep op hem deed.

Geen last van aanpassingsproble­men?
„Nou, het gaat best lekker. Nu ik de jongens wat beter leer kennen, begin ik me steeds beter op mijn gemak te voelen. Toch vind ik dat ik nog niet op het niveau zit dat ik vorig seizoen bij de A1 haalde. Ge­zien de degradatie was dat voor het team geen best jaar, maar per­soonlijk heb ik wel goed gepres­teerd. Ik ben in die periode in beeld gekomen voor het Neder­lands elftal tot 19 jaar en bij de A-junioren eindigde ik als tweede op de ranglijst van beste eredivisie­spelers (achter Lerin Duarte van Sparta, red.).”

Toch is het een flinke stap van de A1 naar de hoofdmacht.
„Dat is ook wel zo. Bij het eerste moet je veel sneller handelen. Op dat gebied heb ik trouwens vorig seizoen al een flinke stap gezet. Omdat ik mij het kon veroorloven, had ik nog wel eens de neiging tot nonchalance en koos ik vaak zon­der noodzaak voor ‘mooie’ oplos­singen. Trainer Arno Arts heeft mij er keer op keer op gewezen dat ik zakelijker moest gaan spelen.” „Vergeet ook niet dat ik vorig sei­zoen al regelmatig mee heb gedaan met Jong NEC. Ook bij de beloften kom je volwaardige eredivisiespe­lers tegen. En bij de A1 speelden we tegen de top van Nederland. Te­gen die ploegen bleef ik aardig overeind.”

Je traint nu dagelijks met ervaren jon­gens als Patrick Pothuizen.
„Dat is een van de mooie aspecten van het werken op dit niveau. Bij de jeugd voetbal je met leeftijdge­noten, lopen geen oude rotten rond die jou het goede voorbeeld kunnen geven. Bij het eerste is dat anders. Alleen al door te kijken naar jongens als Pothuizen, Zomer en Van Eijden leer je een hoop. Hoe ze zich opstellen, welke keu­zes ze maken, wanneer ze een duw­tje geven. Ik heb de laatste weken regelmatig met Potje samenge­speeld. Hij coacht voortdurend, geeft veel tips waar ik wat aan heb. Hij is altijd in voor een dolletje, maar als het op voetballen aan komt is hij bijzonder serieus.” „Nee, ik ben niet bang dat ik ko­mend seizoen te weinig aan spelen toe kom. Ik weet dat ik Zomer, Van Eijden, Pothuizen en de nu nog geblesseerde Otten voor me heb. Maar ik zal bij Jong NEC mijn wedstrijden meepakken. En verder hoop ik stiekem dat ik bij het eer­ste wat speelminuten krijg.”

Is je leven de laatste weken erg veran­derd?
„Als je bij de hoofdmacht zit, krijg je wel meer aandacht. Ik word wat vaker herkend en op de open dag wil iedereen met je op de foto. Maar thuis en bij mijn vrienden is alles hetzelfde gebleven, daar ben ik gewoon de oude Bram.”

Bron: De Gelderlander

Reageer via DTH Facebook of deel via social media of mail.