De wedstrijd van Jong NEC liet hij gisteravond aan zich voorbij gaan. Hoewel het belofteteam van de Nijmeegse eredivisionist voorlopig zijn thuishaven is, ging de 22-jarige voetballer uit Burundi een mogelijke confrontatie met de Nijmeegse aanhang liever nog even uit de weg.
Gistermiddag meldde de aanvaller zich eindelijk weer bij De Goffert. Negen weken geleden, een dag voor de openingswedstrijd van het seizoen tegen Feyenoord, had Ntibazonkiza zijn kont tegen de krib gegooid. De jonge Afrikaan weigerde nog langer voor NEC uit te komen als hij niet een hoger salaris zou ontvangen. Bij NEC waren ze des duivels. De clubleiding wapperde met een verbeterd driejarig contract, mede getekend door Ger Lagendijk, de zaakwaarnemer van Saïdi en kon aantonen dat de speler sinds januari van dit jaar volgens de overeenkomst een hoger salaris kreeg overgemaakt.
De voetballer zelf wilde niets van een akkoord weten. Tenslotte ontbrak op het officiële document zijn eigen handtekening. Ook toen NEC beweerde dat er een mondelinge overeenkomst was, haalde de Burundees zijn schouders op. Hij had geen handen geschud. Niks toegezegd. Dus was hij vrij om te gaan en te staan waar hij wilde. NEC gaf hem de hoogst mogelijke boete ( naar verluidt een maandsalaris) en stopte met onmiddellijke ingang de betalingen aan de speler. Om de transferrechten veilig te stellen, legde de club het conflict bij de arbitragecommissie van de KNVB, die de kwestie deze week zou behandelen.
Zo ver kwam het dus niet. Want Ntibazonkiza kreeg vorige week spijt en belde technisch directeur Carlos Aalbers dat hij weer wilde komen werken. „Ik heb een fout gemaakt”, zei de voetballer gistermorgen in het krachthonk van het Goffertstadion. „ Daarvoor wil ik mijn excuses aanbieden. Ik ben blij met de kans die ik weer krijg. Ik ga hard trainen. Mijn best doen bij Jong NEC en als het kan, snel terugkeren bij de selectie.”
Over zijn illegale stage bij Red Bull Salzburg wilde hij niets meer kwijt. En nee, er waren geen dubieuze figuren geweest die hem het hoofd op hol hadden gebracht. „ Ik ben zelf schuld”, zei Ntibazonkiza nog maar eens. Zondag had hij de zware gang gemaakt naar de kleedkamer van het eerste. Daar volgde de confrontatie met de spelersgroep die hij toch in de steek had gelaten. „ Ik heb alle jongens mijn excuses aangeboden. Dat was een moeilijk moment. Maar wat gebeurd is, is gebeurd. Ik hoop dat ik het vertrouwen van de groep kan terugwinnen. De trainer heb ik niet apart gesproken. Ik heb hem wel de hand geschud. Het liefst laat ik het allemaal achter me. Terugkijken heeft geen zin. Ik kijk vanaf nu liever vooruit.”
Gisteren wezen testen trouwens uit dat hij er conditioneel prima voorstaat. „ Maar ik heb dan ook hard doorgetraind”, zei Saïdi. Voor het eerst weer glimlachend.
Bron: De Gelderlander