NEC-trainer Wiljan Vloet zei in aanloop naar het duel van vrijdag tegen NAC dat hij twijfelde over wat ‘accentverschuivingen’. Hij kwam uiteindelijk met een verrassende zet, door rechtsback Mitchell Burgzorg als rechteraanvaller op te stellen. Het bleek een gouden greep, de Amsterdammer was een van de betere spelers aan Nijmeegse zijde bij de klinkende 4-2 zege.
„Waar Mitchell de energie vandaan haalt, is me soms een raadsel. Hij loopt overal op en blijft maar gaan”, sprak Vloet tevreden. „Maar dat is juist precies waarom we hem daar hebben neergezet. Ook bij balverlies zet hij meteen druk voorin. Dat enthousiasme is geweldig. Een fantastisch jong.”
Toch was het volgens Vloet nog geen klare zaak dat de verdediger ook woensdagavond het inhaalduel tegen Willem II als aanvaller begint. „We bekijken de invulling per wedstrijd. Het is prettig om te zien dat we het wegvallen van Saïdi (Ntibazonkiza – met een liesklachten, red.) zo hebben opgevangen. Het geeft weer meer mogelijkheden. Maar het gaat erom dat we vastigheid krijgt, dat we spelen volgens een eigen concept. Daarbij hoeft het niet uit te maken welke spelers er opgesteld staan.”
Vloet zei dat hij in eerste instantie vooral verheugd was over de drie punten, die NEC op slag naar de 11e plaats in de eredivisie stuwden. Daarnaast gaf het spel van zijn ploeg, na twee beroerde wedstrijden tegen Sparta en RKC, vertrouwen voor de komende duels.
„We hebben geprobeerd meer naar voren toe te spelen, met meer diepte in het spel”, legt Vloet uit. „Met name het derde doelpunt, van Arek Radomski, was daarvan een mooi voorbeeld. Middenvelders die de diepte zoeken, de pass die goed is. Dat was een element dat we echt nog nodig hadden in ons spel.”
En NEC kreeg loon naar werken voor de spelhervattingen. De Nijmegenaren trainen veel op de zogeheten standaardsituaties (corners en vrije trappen). „Elke week trainen we daar weer op”, aldus Vloet. „Niet ellenlang, maar een paar van links en een paar van rechts. Maar, met aandacht. Met spelhervattingen valt veel winst te halen. Mooi dat het nu lukte.”
Bron: De Gelderlander