Gisteren pakte NEC weer eens een gelijkspel. Het elfde inmiddels dit seizoen. Het betekende tevens dat de formatie van Vloet voor de negende keer op rij ongeslagen bleef, maar sportief gezien schoot de ploeg er verder weinig mee op. Het gat met de zo felbegeerde play-off plekken (plaats 8 of hoger) blijft al wekenlang dansen rond de 3 tot 6 punten. Desondanks blijft Wiljan Vloet strijdbaar. "We lopen er nu inderdaad achteraan. Maar dan wordt het dus ergens tijd voor een verrassing. Ik geef de strijd niet op", verklaart hij in De Gelderlander.
Toch was de ploeg die momenteel die 8e plek bezet, FC Utrecht, gisteren in de tweede helft veel beter dan NEC. De vraag rijst dus of NEC op dit moment wel iets te zoeken heeft in Europa. Ook Vloet moet bekennen dat Utrecht gisteren na 90 minuten duidelijk de meerdere was. "Dit was een bonuspunt. Ik was vooraf zó optimistisch. We hadden een geweldige trainingsweek achter de rug. Maar nu, na de wedstrijd, kan ik slechts concluderen dat we hebben overleefd. Een punt is meegenomen." Een wrange constatering, zeker aangezien NEC in de eerste 20 minuten datzelfde Utrecht bij vlagen overklaste en een van de betere vertoningen van dit seizoen op de mat legde. Na de verdiende 1-0 voorsprong gingen de aanvallende intenties van NEC echter als een nachtkaars uit.
Tuurlijk, de Nijmegenaren misten centrumspits en aanspeelpunt Vleminckx, die dit seizoen zeer belangrijk is voor de aanvallende impulsen van de ploeg. In plaats daarvan stond gisteren Leroy George in de spits. Zeer onwennig, bleek helaas. "Ik heb mijn best gedaan, maar de volgende keer zal Ricky wel spelen als Björn niet beschikbaar is", constateert George nuchter. Een nogal opvallend staaltje van zelfreflectie, gezien zijn kwade reactie richting Vloet gisteren na zijn wissel. "Leuk is anders. De gelijkmaker heb ik niet gezien. Ik ben gelijk gaan douchen."
De maker van de 1-0, John Goossens, baalde na afloop toch. "Het is zuur dat de tweede helft van onze kant zo matig was." Desalniettemin is achteraf gezien een puntje tegen een voor grote delen van de wedstrijd beter Utrecht geen slecht resultaat. "Maar aan de andere kant. Je wilt altijd winnen. Zeker de thuiswedstrijden", vindt Goossens. Op de officiële NEC site voegt hij daar nog wel enige nuance aan toe: "We zochten alleen maar de aanval en hielden Utrecht ver bij onze goal uit de buurt. We konden overal druk zetten en zaten er kort op, maar na de 1-0 werd Utrecht ineens de bovenliggende partij. De tweede helft was het helemaal niet veel en mag je eigenlijk nog blij zijn dat het 1-1 blijft. Ze bleven maar pressie uitoefenen en dan weet je dat die bal een keer verkeerd kan vallen. Zelf konden we alleen maar hopen om uit een stiekeme counter de 2-0 te maken, maar dat lukte niet, volgens mij ook omdat we gewoon geen kracht meer hadden voorin."
De Amsterdammer blijft, net als zijn coach, wel strijdbaar. "We wisten dat we moesten winnen en eigenlijk gingen we er ook vanuit dat we zouden gaan winnen. We hadden heel goed getraind deze week en gingen met een goed gevoel de wedstrijd in. Je ziet dan toch dat het een wedstrijd op zich is, maar we blijven naar boven kijken."
Ook Man of the Match (alweer) Jasper Cillessen houdt hoop op Europees voetbal. "Daar droom ik van. Het is nog steeds mogelijk", verklaart hij tegenover Omroep Gelderland. Over de tegengoal van Van Wolfswinkel: "Ik redde nog op een schot van Dries Mertens, maar toen viel de bal helaas precies voor zijn voeten en schiet hij hem fantastisch binnen. Verder lukte alles vandaag, daarom baal ik dat die bal er zo invalt. Al met al mogen we blij zijn met een puntje. We begonnen goed, maar daarna zetten zij volle bak druk. Wij hadden bijna geen kansen." En dat terwijl hij lange tijd toch met succes de aanvalsgolven van Utrecht af kon slaan, zo valt ook te lezen op de NEC site. "Het eerste half uur had ik weinig te doen, maar daarna was het af en toe spitsuur in onze ‘zestien’. Dan is het lekker als je de ploeg op de been kunt houden. Zelf had ik op een gegeven moment echt het idee dat Utrecht niet meer ging scoren, ofschoon ze de tweede helft natuurlijk een stuk sterker waren dan wij. Op een gegeven moment kwamen ze wel erg vaak op me af. De eerste helft had ik het koud, de tweede helft heb ik daar eigenlijk geen tijd voor gehad. Natuurlijk baal je nu van die gelijkmaker en de manier waar op de goal valt, maar als je morgen de wedstrijd terugkijkt dan denk ik dat je blij mag zijn met een punt. Op het eind hadden we namelijk ook nog zomaar kunnen verliezen. Het is alleen jammer dat we met een punt zo weinig opschieten."