NEC heeft A. Pastoor, De Trouwen Honden hebben Dominee C. Dominee C. zal laten zien dat de Bijbel en NEC wel degelijk met elkaar te maken hebben. Aan de hand van een citaat uit de Bijbel zal de actualiteit bij onze club tegen het (goddelijke) licht worden gehouden.
Genesis 1:31 – “En God zag al wat Hij gemaakt had, en ziet, het was zeer goed”.
Voordat God de aarde schiep, was er niets. Toen Alex Pastoor bij NEC kwam, was er een soortgelijke situatie waar onze Lieve Heer zich ook voor gesteld zag: topspelers waren vertrokken (Vleminckx, Zomer, Cillessen), er was geen geld (NEC moest zwaar bezuinigen) en de selectie was smal en misschien zelfs niet eredivisiewaardig. Pastoor zag dat het niet goed was. Vanaf dat moment begint het scheppingsverhaal van Pastoor. Hij heeft NEC gevormd tot wat het nu is. In Genesis kunnen we lezen dat God daar zeven dagen over deed, Pastoor had er zeven maanden voor nodig, een vogelvlucht: De eerste wedstrijden van NEC waren niet best. Met zes vleugelspitsen en geen puntspeler moest het komen van individuele bevliegingen. De Nijmeegse hoop was gevestigd op Nijland en Platje. Wonder boven wonder werd deze hoop af en toe beantwoord. Pastoor zag echter dat het niet goed was.
Op het laatste moment voor de transferdeadline werden nogal verrassend heel wat goede namen aangetrokken, waarbij vooral Vadocz in positieve zin opviel. Ineens had NEC een stuk of 16 spelers die allemaal in de basiself zouden kunnen staan. Dit bleek een luxeprobleem en een hardnekkig probleem. Pastoor zelf wist lange tijd niet de juiste samenstelling te vinden. De basis varieerde zowat per wedstrijd, spelers stonden vaak op een andere plek, het spelsysteem veranderde continu. Pastoor en het publiek zagen dat het niet goed was.
Af en toe werd een overwinning geboekt en gestolen, en het was vooral Van der Velden die zijn team er in deze periode doorheen sleepte. Rampspoed leek zich aan te dienen toen hij geblesseerd raakte. En inderdaad gingen wedstrijden kansloos verloren. De verzuchting van Pastoor “hopeloos, kansloos, inspiratieloos, bewusteloos en levenloos” vormde het dieptepunt. Pastoor zag dat het helemaal niet goed was.
Het is des te wonderbaarlijker dat NEC juist in die donkere dagen de draad oppakte. De rol van Pastoor mag daarin niet worden onderschat. Zeefuik kreeg vertrouwen, ondanks zijn volharding elke kans te missen. Navarone Foor kreeg vertrouwen en ging met de week beter spelen. Ondanks de positieve lijn kreeg NEC niet wat het verdiende. Het missen van kansen brak keer op keer lelijk op. Pastoor zag dat het beter ging, maar dat het nog niet goed was.
Niettemin overheerste het vermoeden dat de juiste weg was ingeslagen. Inmiddels heeft Foor zich ontwikkelt tot smaakmaker en is hij De Exponent van het huidige NEC. Van der Velden kwam terug, maar kwam niet terug in de basis. Een moeilijke en moedige beslissing, één die erg wrang is voor de sterkhouder van de eerste helft van het seizoen, maar – oh cliché – de winnende coach heeft altijd gelijk. Er worden punten gepakt: in 7 wedstrijden werd niet verloren. Opeens komt het gedroomde positiespel uit de verf. Het spel heeft zich zienderogen verbeterd en is nu zelfs aantrekkelijk. Zeefuik gaat scoren, Schöne speelt als in zijn beste dagen. De conclusie is duidelijk: En Pastoor zag dat al wat hij gemaakt had, en ziet, het was zeer goed.
Dominee C.