Als de medewerkers van de toonaangevende Van Dale woordenboeken nog voorbeelden nodig hadden om het begrip ‘vicieuze cirkel’ te illustreren, dan zou een bezoekje aan de Goffert dezer dagen meer dan voldoende stof opleveren. Bij ons wordt er momenteel immers aardig wat negatief rond gespiraald. Om de diverse draaikolken te ontwarren en enig zicht te krijgen op de onderliggende chaos heb je bijna een doctoraal diploma Theoretische Natuurkunde nodig.
Financieel gezien zitten we al enige tijd in zwaar vaarwater. Enkele jaren geleden is een straffe sanering ingezet, onder nauw toeziend oog van de investeerders. Het doel: financieel gezond worden, wat simpel gezegd zoveel betekent als niet meer uitgeven dan je binnenkrijgt, en idealiter zonder transferinkomsten daarbij nodig te hebben om de boekhouding uit de rode cijfers te houden. Een nobel streven, en zeer dringend nodig ook, want onze club heeft al enkele malen angstig dicht langs de rand van de afgrond gewandeld. Voorheen konden we nog wel eens wat cruciale zaken verkopen, zoals het stadion. Maar nu we zelfs dingen als een ‘mondelinge toezegging tot het recht van aankoop van de Eendracht gronden tegen taxatieprijs’ (of iets in die geest) hebben verkocht, is ook het gebakken lucht bezit van NEC zo goed als verdwenen.
Saneren dus, maar het is wel zuur dat die sanering precies samenvalt met een tijd van algehele economische malaise. Mensen hebben minder te besteden, dus valt er op het gebied van bijvoorbeeld shirtverkoop of catering (traditioneel toch al niet zo’n vakkundig geëxploiteerd gebied bij NEC) minder te halen. Als de supporters überhaupt al naar het stadion komen. Seizoenskaarten zijn niet goedkoop, dus als je er eentje neemt dan wil je er ook wat plezier voor terug krijgen. Leuk voetbal is aan het eind van de dag toch een belangrijk onderdeel van dat plezier. En laat nou net dat voetbal al tijden lang nauwelijks het aanzien meer waard zijn.
Begrijp me goed, de gemiddelde NEC-supporter hoeft voor zover ik weet heus geen stylistische hoogstandjes of briljante passeeracties te zien. Dat is soms een leuke kers op de taart, maar wij zijn al zeer tevreden met een ploeg die hard werkt en strijdlust toont. En een overwinning hier en daar is natuurlijk mooi meegenomen. Maar terugdenkend aan het afgelopen seizoen was het aantal bezienswaardige wedstrijden op de tenen van een varkenspoot (vier, voor de niet-biologen onder jullie) te tellen, zelfs toen we nog in het linkerrijtje stonden. Het treurige, doch niet onlogische gevolg: een flinke val in seizoenskaartverkoop. Nog minder inkomsten dus, en nog minder bestedingsruimte voor nieuwe aankopen. Dit leidt weer tot verdere versmalling en kwaliteitsafname van de ploeg, en het voetbal wordt er nog minder op. Enfin, de vicieuze cirkel op zijn best (of slechtst, beter gezegd).
Een opsomming van open deuren en oude koeien, ik weet het. Dit alles is natuurlijk al lang en breed bekend. Maar als dat allemaal zo bekend is, waarom wordt dat blijkbaar dan zo snel weer snel vergeten zodra we de Goffert binnenlopen? Al in de eerste thuiswedstrijd van het seizoen werd de spelersgroep na een goed half uur voetballen door een deel van het eigen publiek volledig gefileerd. Waar een ex-speler als Van der Velden, spelend voor tegenstander Groningen, werd toegezongen, daar werden jongens als Bovenberg en Loen volledig stukgefloten en ge-boe’d. Begrijp me goed, ze speelden niet best, maar het hele elftal speelde niet best, en aan het eind van de dag stelt een speler zichzelf niet op en kan hij zichzelf ook niet wisselen. Bovendien is van uitfluiten nog nooit een speler beter gaan presteren.
Is de huidige malaise de schuld van de coach dan? De roep om het vertrek van Pastoor is dezer dagen luider dan ooit. En uiteraard zijn er terechte kritiekpunten. Sportief gezien is er de belabberde reeks van twaalf wedstrijden zonder overwinning en een nog langere reeks met nauwelijks aankijkbaar voetbal. Ongetwijfeld zit er een gedegen visie achter de manier waarop onze ploeg wekelijks speelt, maar in de praktijk komt het er op het veld simpelweg bijna niet uit. Aanvalsopzetjes op papier monden uit in paniekvoetbal op het gras, en zelfs simpele passes over vijf meter komen niet meer aan. Pastoor wijt het aan gebrek aan vertrouwen en overwinningen, de supporters vrezen voor gebrek aan kwaliteit gekoppeld aan te veel fixatie op een spelpatroon in plaats van de boeg om te gooien en in te zetten op opportunistisch werkvoetbal. Communicatief gezien oogt Pastoor veel te lief voor zijn spelers, getuige ook de interne problemen in de spelersgroep van afgelopen seizoen. Al is Molenaar met zijn actie op Rieks dit weekend wellicht weer het andere uiterste, dat is natuurlijk nooit goed te praten. Perceptief gezien is er de influx van voormalig Excelsior-spelers en oud-collega’s van Pastoor, gekoppeld aan de exodus van clubjongens als De Gier en Arts, die (al is het wellicht allemaal toeval) de supporters het gevoel geven dat de ‘club’ langzaam uit hun handen glipt.
Is het antwoord dan zo simpel: Pastoor eruit en alles komt weer goed? Natuurlijk niet. Dat is veel te simplistisch. Uiteraard is het zorgelijk dat Pastoor niet in staat lijkt, hoe hard en gedreven hij ook werkt, om een mentale en sportieve kentering te bewerkstelligen in deze spelersgroep. En wellicht dat een vertrek iets te weeg kan brengen in de groep, of dat een nieuwe coach met een frisse blik de juiste poppetjes op de juiste plaats kan krijgen.
De kern van het probleem zit echter dieper. Er is simpelweg gebrek aan kwaliteit. En kwaliteit krijg je alleen door heel goed te scouten, of door extra investeringen. Alleen op die manier krijg je broodnodige ervaring en diepte terug in je ploeg, en kun je proberen de vicieuze cirkel te doorbreken. De gedwongen saneringen van dit moment zijn de ware kern van de sportieve ellende en Pastoor is evenzozeer een slachtoffer als een faciliteur, gevangen als hij is in de groep die hij aangeleverd krijgt.
Pastoor de laan uit sturen heeft wellicht een effect op de korte termijn, maar lost niet de fundamentele problemen op bij NEC, als de afkoopsom onze club al niet de das om doet. De investeerders zeggen dat ze pas willen instappen als de club aantoonbaar gezond en transparant is. Transparantie is er inmiddels genoeg en op zeer bepalende posities binnen de club zitten inmiddels personen die daar met goedkeuring van de investeerders zijn geplaatst. Financieel gezond worden in de huidige economische en sportieve crisis lijkt juist een utopie zonder diezelfde investeerders. Een vicieuze cirkel doorbreek je alleen door bepalende factoren voor die neerwaartse spiraal aan te pakken. Investeren is risico’s nemen; heren investeerders, met al jullie jaren aan cumulatief economisch inzicht, wat is wijsheid? Nog een jaar wachten op zwarte cijfertjes, met daarbij een vroegtijdig en zeer reëel risico op degradatie, of nu actie ondernemen?
Mark