Het valt me allemaal niet mee de laatste dagen.
NEC verliest, we kunnen niet meer naar een stadion, het regent, grijze luchten, regen, korte dagen. Corona, corona en nog eens corona. Ik voel dat ik dreig weg te zakken in een alles verwoestende herfstdepressie. Ik voel me lusteloos en heb geen zin om me er tegen te verzetten. Laat maar komen, het boeit me niet.
En toen kwam afgelopen maandag die mail van NEC. Een mail die er voor zorgde dat ik even alle misère vergat. Een mail waarin de verkoop van tweedehands wedstrijd- en trainingskleding werd aangekondigd. Geloof het of niet maar mijn hart maakte een sprongetje en de zon begon te schijnen in huize Oostenrijk.
Ik ben dan bijna 47 jaar maar ik kan nog steeds intens gelukkig worden van de aanschaf van een voetbalshirt. Alleen al het vooruitzicht op zo’n aanschaf zorgt bij mij voor opwinding en een enorme vreugde.
Nooit zal ik de dag vergeten dat ik mijn eerste voetbalshirt aanschafte. Het was ergens in 1993. Ik weet nog dat ik het shirt voorzichtig van zijn kaartjes ontdeed in mijn studentenkamertje en hem aantrok. Pure magie. Ik kon het niet bevatten. Dit prachtige, dure shirt om mijn schouders.
Ik droeg het shirt alleen thuis en keek, als ik het shirt droeg, vooral heel veel naar mezelf in de spiegel. Nooit droeg ik het shirt buiten op straat. Het was als het ware een soort geheime relatie. Het shirt was de, voor mij, te hoog gegrepen vrouw die er toch ingetuind was en waar ik niet mee op straat durfde te lopen. Bang dat een voorbijganger zou denken; ‘wat doet zo’n knappe vrouw bij zo’n gast’. Ik hield haar verborgen voor iedereen. Ze was alleen voor mij.
Ik heb het heel wat jaartjes alleen maar met dat ene shirt gedaan (euh..), zij was de enige. Maar goed, ook een mooi shirt went. Net als een mooie vrouw. Ik ontdekte winkeltjes waar nog veel meer mooie shirts te koop waren. Later, door de opkomst van het internet en omdat ik meer geld te besteden had, lag er ineens een gigantische markt met hele mooie shirtjes voor me open. Er zijn heel veel mooie shirts. En toen ik daar achter kwam was de beer los. De magie van een mooi voetbalshirt is voor mij altijd gebleven. Ik kan ze niet weerstaan.
Ze komen uit Engeland, Duitsland, Frankrijk, Spanje, Zuid Amerika. Het maakt me niet uit waar ze vandaan komen. Ben ik ergens op vakantie en speelt de plaatselijke club in de (ik noem eens wat) Regional liga Nord Ost. Dan wil ik naar dat stadion en dan word ik ook op slag verliefd op het shirt. Ik moet haar hebben. Maar, zoals zo vaak met vakantieliefdes, verdwijnt zo’n shirt dan thuis weer ergens in de kast.
Terug naar NEC. Ik sta dus vandaag opgetogen, blij, veel te vroeg en opgewonden blazend in mijn mondkapje in de rij voor de fan shop. De laatste twee dagen was ik al aan het fantaseren over het uit- en thuisshirt van vorig jaar. (bijna 47 jaar he mensen). Ik loer al een beetje vooruit om te kijken bij welke tafel ik moet zijn.
Als ik dan eindelijk aan de beurt ben loop ik met bonzend hart zo cool mogelijk (je wilt natuurlijk niet te ‘eager’ overkomen op zo’n moment) naar de juiste stapel shirtjes. Ze zijn echt allemaal super mooi. Echt waar. En het zijn er veel, heel veel. Ik zoek en zoek en zoek…Maar ik vind de juiste niet. Ze zijn of te klein, of te groot.
Wat te doen? Ik loop naar de andere tafels waar trainingspakken, truien en broekjes liggen. Maar ik wil helemaal geen trainingspak. Ik loop weer terug naar de tafel met shirts en begin nu (iets minder cool) te graaien. Het is lastig om de zuchtende rij wachtenden achter me te negeren en er dreigt een soort van paniek in mijn hoofd te ontstaan. Laat ik de boel liggen en duik ik dan maar weer mijn herfstdepressie in?
XS, XXS, XXS wie draagt er nou zo iets? Kinderen? Oh ja kinderen! Ik heb een zoon en een buurjongen en nog een buurjongen die allemaal voor NEC zijn. Had ik gisteren niet tegen mijn zoon en zijn vriendje trots gezegd dat ik vandaag naar NEC mocht om kleding uit te zoeken? En had ik toen niet beloofd dat ik ook voor hun iets moois zou uitzoeken? Verblind door mijn verwachting en hunkering naar zo’n mooi shirt zou ik dat haast vergeten.
Ineens heel blij zoek ik de juiste maat shirts op voor de jongens. Ik hoef helemaal geen shirt en ik verheug me, terwijl ik aan het zoeken ben, al op hun reacties. En als ik het laatste shirtje onder de stapel vandaan trek, zie ik haar. Een uitshirt in mijn maat. De bedrukking aan de achterkant laat al iets los. Maar dat geeft niet. Ze is zo mooi. En nu van mij. Alleen van mij.
Vanavond: Drie blije jongens die nog maar sinds kort de magie van een echt shirt kennen. Eén blije man van bijna 47 die zijn nieuwe, enigszins gehavende shirt strak opvouwt en bovenop de stapel andere shirts in zijn kast legt.
Straks, als iedereen slaapt, trek ik haar even stiekem aan en knipoog naar mezelf in de spiegel.
En dan nog even dit….morgen, 2 december, mogen we vieren dat onze enige echte veursitter van de trouwe honden, de iconische en nu al legendarische Bleum 50 jaar wordt!
Van harte gefeliciteerd Bleum!!
Oostenrijk